Gemengde gevoelens 2

foto bloemstuk        DSC02551

Eerder deze week schreef ik over het overlijden van mijn oom, de broer van mijn moeder, de zwager van mijn vader. Ja, zal je denken. Dat is dan toch automatisch de zwager van je vader? Bij ons ligt dit toch net even anders, mijn oom is een jongere broer van mijn moeder en getrouwd met een jongere zus van mijn vader. Dubbele familie dus, dus eigenlijk ook een dubbele oom voor mij en mijn zusje.
Eergisteren hebben we definitief afscheid van hem genomen. Terwijl ik van het werk naar huis rijdt en voor de brug stil sta, zie ik dat mijn tante die ochtend al een mooi gedicht heeft geschreven voor haar broer. ’s Middags heeft ook mijn nichtje een mooi gedicht geschreven voor onze oom en er verschijnen verschillende lieve berichten van familieleden, vrienden en bekenden van mijn oom op facebook. Mijn nicht, de dochter van mijn oom, heeft een mooie blog geschreven over hoe zij het afscheid heeft ervaren …
Eén ding komt in alle verhalen, gedichten, berichten, etc. terug. Het was een mooi, warm en liefdevol afscheid.
Je kunt je afvragen of afscheid nemen mooi kan zijn. Afscheid nemen is niet leuk, het doet pijn en maakt je verdrietig. De ‘waarom’ vraag komt weer bij mij om de hoek kijken en ik denk bij veel anderen. Toch kan ook ik zeggen dat dit afscheid mooi was. Om even met de woorden van een andere oom te spreken: ‘ Als het je lukt om een grote redelijk kille aula van het crematorium met ongeveer 250 belangstellenden terug te brengen tot huiskamerproporties en de daarbij passende warmte en intimiteit dan kan er je vreemd genoeg een gevoel van gelukzaligheid en blijdschap bekruipen, ook al neem je afscheid van iemand die je dierbaar is. Zoveel positieve energie en gedeelde smart maakt het leed draagbaar.’ En hier ben ik het helemaal mee eens.

Het eerste wat me opvalt, terwijl ik de zaal van het crematorium binnenloop, zijn de vele bloemen die mijn oom omringen en daartussen een gitaar; op de achtergrond ook nog twee gitaren. Vervolgens zie ik een enorme hoeveelheid mensen, na ons nog de zaal in komen. Nooit eerder heb ik gezien, dat er hier ook een balkon is waar mensen plaats kunnen nemen en dan nog is er geen plek genoeg om iedereen een zitplaats te bieden.
Mijn oom heeft zelf op papier gezet, hoe hij zijn uitvaart wil. De muziek die gedraaid wordt is door hem uitgezocht, en hij heeft de broers en zussen waarmee hij jarenlang op woensdags repeteerde verzocht om twee nummers ten gehore te brengen. Zijn gezin heeft ervoor gezorgd dat alles naar zijn wens is uitgevoerd.
Diep respect heb ik voor mijn nicht, die op deze moeilijke dag, het woord neemt en vertelt wat haar vader voor haar heeft betekend. Ook heeft zij dit voor haar broertje gedaan, omdat hij het niet aankan om aanwezig te zijn. Zelf schrijft ze dat ze stond te trillen als een rietje, maar daar heb ik niets van gemerkt. Vol bewondering heb ik naar haar gekeken en geluisterd naar haar mooie, lieve, woorden. Twee tantes hebben zijn levensverhaal met ons gedeeld en er wordt een mooi gedicht voorgelezen. De muziek die wordt gespeeld en gezongen door de broers en zussen, maakt het geheel compleet. Natuurlijk is er verdriet en is er menig traan gelaten, maar de manier waarop deze dienst helemaal naar de wens van mijn oom is samengesteld en door de familie is verzorgd, zorgt voor het warme en intieme gevoel wat we allemaal hebben.

Mijn jongste zoon staat naast me en ook op deze momenten let hij goed op hoe anderen handelen. Hij ziet voor ons iemand troostend een arm om degene naast hem slaan, als deze wat begint te sniffen. Op het moment dat er bij mij wat tranen over mijn wang rollen, vraagt hij: ‘Gaat het mama’, en hij legt zijn arm om me heen. Helemaal begrijpen wat er gaande is, wat ‘dood gaan’ inhoudt, weet hij denk ik niet. Soms is het wel moeilijk om hem hierin te doorgronden. Aan het einde van de dienst gaan we allemaal staan. Van achteruit lopen de eerste mensen naar voren om hun laatste groet aan mijn oom te brengen. Wij wachten nog even, we staan redelijk vooraan. Mijn zoon snapt niet hoe dit werkt. Waarom moeten we nu wachten? Wij zitten aan het uiteinde van een rij, we kunnen toch de andere kant langs lopen? Ik probeer het hem uit te leggen, maar helemaal begrijpen doet hij het niet bespeur ik uit zijn woorden: ‘Daar staan we dan’. Een tijdje later zegt hij ineens: ‘Gaan we kijken of hij toch nog levend is?’ Moeilijk hoor, toch kiezen we er sinds een tijdje voor om hem toch bij dit soort gelegenheden te betrekken. Er komt een tijd dat hij ook afscheid moet nemen van zijn eigen opa en oma of ons. Naar mijn idee kan hij dit dan beter al eens hebben meegemaakt.

Nadat we de zaal hebben verlaten breken er toch een aantal mensen. Hoe mooi, warm en liefdevol deze dienst ook is, het afscheid is nu toch heel definitief. Het doet me pijn om het verdriet van mijn moeder te zien en ook een aantal andere broers en zussen hebben het nu heel zwaar. Toch fijn dat de familie zo betrokken is, dat iedereen elkaar steunt, dat er zoveel mensen de moeite hebben genomen om een laatste groet aan mijn oom te brengen en zijn gezin en familie te steunen.
Je laat een grote leegte achter, oom, we zullen je nooit vergeten en erg missen. Toch gaan we proberen om jouw positiviteit te evenaren.

Bekerfinale

20150503_114508      20150503_150334      20150503_174708

De laatste jaren hebben we al vaker een bekerfinale meegemaakt, niet in de eredivisie, maar op en ander niveau. Onze oudste zoon heeft tot twee keer toe in de finale van de KNVB beker gestaan. Helaas kon Lesley er, door een blessure, de tweede keer niet aan mee doen. De eerste keer was echt een feest en ondanks verlies konden de jongens toch blij zijn met hun prestatie. Tot dan toe was het nog geen enkel elftal van FC Lewenborg gelukt, om in de finale van de KNVB beker te komen. Het daaropvolgende jaar lukte het opnieuw om de finale te halen, een hele prestatie toch? Echter, dit keer was de teleurstelling groot, toen de finale opnieuw verloren werd. Nu geen blije gezichten, er werd zelfs niet gezamenlijk naar het podium gegaan. Mijn jongste zoon mocht dit keer met zijn club, Kids United, ook meedoen aan de KNVB beker en zij werden wel 1ste  . Sylvain had een smile van oor tot oor, terwijl Lesley met zijn teamgenoten een kop als een oorworm had. We hoopten nog dat drie keer scheepsrecht zou zijn, maar helaas een derde keer is het (nog) niet gelukt om de bekerfinale te bereiken.
Dit jaar doet Groningen het goed in de voorronden naar de bekerfinale. Manlief zit trouw (bijna) elke thuiswedstrijd op zijn vaste stek in het stadion. Zelf kijk ik meestal thuis voor de buis. De kwartfinale en de halve finale konden we helaas beiden niet zien, omdat we net op die woensdagavonden moesten werken. Ik zei nog: ‘Als ze de finale halen, dan gaan we heen’, er niet echt zeker van dat dit zou gebeuren. Op het moment dat dit wel het geval was, moesten we nog zien hoe we aan twee kaarten kwamen, we hebben maar één seizoenkaart. De buurman in het stadion hoefde niet naar de finale en wij mochten zijn seizoenkaart gebruiken om een kaart aan te schaffen. Heel erg bedankt buurman.

En dan gaan we voor de derde keer naar een bekerfinale. Zou in dit geval drie keer is scheepsrecht ook gelden? Of gaat dit niet op, omdat het om een ander team gaat? Samen met mijn oom en tante, reizen we per auto naar Rotterdam. De sfeer zit er goed in. In de aanloop naar de wedstrijd is er al van alles gaande. De bekerwedstrijd leeft echt in onze Stad en Ommeland. Het feest begint al in de auto. Nog maar net op weg, komen we andere auto’s tegen  met FC Groningen sjaals en in groen/wit gehulde inzittenden. Vanaf de viaducten worden we toegezwaaid en toegejuicht door vele andere FC fans. We voelen ons bijna zelf een beetje belangrijk.  Dat zo’n wedstrijd zo verbroederd. Toeterend rijden we onder de viaducten door en zwaaien naar iedereen, we zwaaien en lachen naar de andere fans in auto’s en als we de bussen voorbij rijden, wordt er ook wild gezwaaid en getoeterd. Politieauto’s en motoren rijden af en toe langs, maar toeteren mag vandaag.  Het is een leuke rit. Als we bij en tankstation stoppen om nog even wat te drinken, zien we een hele rits bussen naderen. Ik denk dat dit de FC Groningen bussen zijn, die we onderweg voorbij reden en maak foto’s, waarop Joop zegt dat het de bussen van PEC Zwolle zijn. Ja, inderdaad allemaal blauw/wit vlaggen en kleding. Deze bussen rijden wel in kolonne achter elkaar aan, een mooi gezicht. De Groningen bussen zijn met tussenposen vertrokken, waardoor zich geen lange rij bussen manifesteerde op de snelweg. Best jammer eigenlijk.
Ruim op tijd komen we bij het parkeerterrein aan, dit past eigenlijk niet bij ons. Meestal komen we te laat of rijden nog ergens verkeerd, maar alles gaat voorspoedig. In de regen lopen we naar de trams die af en aan rijden naar het stadion. Goed geregeld allemaal. Bij de Kuip zien we al grote schares  supporters, groepjes groen/wit en groepjes blauw/wit, afgewisseld. De sfeer is prima, het regent nog steeds een beetje, maar het lijkt er op dat dit geleidelijk aan wat minder wordt. Het is inmiddels rond drieën, nog drie uur wachten tot de aftrap. Bij het stadion raken we in gesprek met de ouders van één van de spelers. Wat bijzonder moet dit voor hen zijn. Ooit speelde hun zoon samen met onze zoon samen bij de F’jes en de E’tjes en zijn moeder haalt nog even de tijd aan dat Sylvain dan met hun middelste zoon (nu ook prof) langs de lijn een balletje stond te trappen. Wat lijkt dit alweer lang geleden.
Er hangt een prima sfeer. Joop en ik moeten naar de andere kant van het stadion om naar binnen te komen. Hier aangekomen zien we rijen met Groningen supporters. Wat een mooi gezicht al die groene kleding, veel oude en nieuwe shirts, vele speciale bekershirts, sjaals, vlaggen etc. en op het moment dat een klein groepje PEC supporters zich tussen de Groningensupporters begeeft, wordt er op  een leuke manier gezongen en duidelijk gemaakt, dat wij GRONINGEN zijn.
En dan zijn we binnen. De meezingers galmen al uit de speakers. We zien goede en minder goede bekenden en natuurlijk ook een heleboel vreemden. Iedereen is in opperbeste stemming. We hebben er zin in. We eten nog wat en nemen dan plaats op de tribune. Hier liggen de vlaggen al voor ons klaar, waar we mee kunnen zwaaien tijdens de wedstrijd. De spelers zijn inmiddels gearriveerd, er vinden nog wat interviews plaats en dan beginnen ze met in trainen. Zij hebben er ook zichtbaar zin in. Ondertussen begint het stadion zich steeds meer te vullen. De overkant is helemaal blauw/wit en bij ons is het groen/wit. Wat een mooi gezicht. We zijn wel vaker naar wedstrijden geweest, van de FC, maar ook het Nederlands Elftal, maar dit is toch wel héél speciaal.
En dan eindelijk de aftrap. De eerste helft gaat het op en neer. Zwolle lijkt wat beter te staan, maar de wedstrijd kan nog alle kanten op. Er wordt veel gezongen, aangemoedigd, etc. Dit is echt mooi om mee te maken. Ik verbaas me ook wel over supporters. Supporters die meer bezig zijn met het aanwakkeren van het publiek, dan dat ze nu echt iets zien van de wedstrijd, die steeds maar bier drinken en daarvoor heen en weer moeten lopen, tijdens de wedstrijd en vervolgens weer om het bier te lozen. Waar ben je hier dan voor?
Ik geniet van het spel, alles wat er om me heen gebeurd, de gekkigheid, daar kan ik van genieten in stilte. Zelf ben ik niet zo uitbundig. Ik klap wel mee, ik juich wel mee, maar mij zal je er nooit bovenuit horen.
De tweede helft speelt Groningen naar ons toe. Nu hebben we beter zicht op wat er gebeurd. De wedstrijd wordt ook opener, er komt meer ruimte en ik heb steeds sterker het gevoel dat het ze moet gaan lukken. En dan valt het eerste doelpunt, het stadion aan onze kant gaat uit zijn dak. De Kuip trilt letterlijk op zijn grondvesten. Ik voel het stadion onder mij heen en weer bewegen, eigenlijk best een eng gevoel, maar het staat er al zovele jaren, het zal wel goed gaan, toch?
Nu heb ik er helemaal vertrouwen in, alhoewel er natuurlijk nog een heleboel mis kan gaan. Het voelt goed en als dan de 0-2 valt, dan is het naar mijn idee klaar. 5 minuten voor tijd zien we de technische staf en overige spelers die niet op de bank zitten, voorbij lopen. Ook zij gaan er vanuit dat het nu niet meer mis kan gaan. Ze voegen zich alvast bij de anderen om straks het veld op te rennen … en dan komt het verlossende eindsignaal. Het is gelukt, we hebben de beker, FC Groningen heeft zijn eerste echte prijs… Wauw, en wij zijn erbij…. Toch wel heel bijzonder.

20150503_172443         20150503_195834         20150503_201541

We genieten van de blijdschap op het veld. Ook in het stadion, aan onze kant dan, is het één groot feest. De overkant begint langzaam aan leeg te lopen. Wat ben ik blij dat wij dat niet zijn. Dat was toch wel een domper geweest op zo’n mooie dag. Zou het toch opgaan? Drie keer is scheepsrecht? Of zou Lesley misschien toch nog voor een derde keer in een bekerfinale komen en deze kunnen winnen?
Wat hebben wij, supporters, genoten. Niet alleen in het stadion, maar ook op de Grote Markt. Daar heeft het gejuich en gespring bij de doelpunten zelfs gezorgd voor een het uitslaan van de aardbevingsmeter.
Als wij al zo genieten, hoe moet dit dan voor de spelers zelf zijn? Die gaan helemaal uit hun dak. En het feest is nog niet voorbij. Morgen nog de huldiging bij de Drafbaan. Jij komt toch ook?

Andere blogs over een bekerfinale:
https://angelinewagenaar.wordpress.com/2013/05/22/kampioen-en-door-naar-de-finale-van-de-beker/
https://angelinewagenaar.wordpress.com/2013/06/03/voetbaltoernooi/