Verjaardag vieren, maar dan anders …

12583611_1280637418629034_1928741262_n        DSC05966        groepsefie

In het boekje wat ik van Lesley en Sylvain voor mijn verjaardag heb gekregen ‘Flow-daily life- inzichtenpocket’ staat de volgende zin: ‘De waarde die je aan dingen hecht, kan door de jaren heen veranderen. Misschien vond je het vroeger gezellig …, maar ben je die traditie allang beu’. Dit slaat voor mij helemaal op het vieren van mijn verjaardag. Grappig om dit te lezen op het moment dat we het al helemaal anders hebben gedaan.
Als kind vond ik het, net als ieder ander kind (denk ik), geweldig om mijn verjaardag te vieren. Ook toen we gingen samenwonen vond ik het leuk. Nu kon ik het helemaal op mijn eigen manier doen. We hadden nog geen kinderen, een redelijk opgeruimd huis, en alle tijd om van tevoren lekkere hapjes klaar te maken, nieuwe te bedenken, etc. In de loop der jaren is dit toch wel veranderd. Op het moment dat er kinderen komen, eerst bij anderen, later bij onszelf, worden verjaardagen meer overdag en ’s avonds gevierd. Wat inhoudt dat je niet alleen gebak in huis haalt, ook zorgt voor een maaltijd tussendoor en in de avond nog weer andere hapjes op tafel tovert. Gezien wij een erg grote familie hebben, in principe niet aan verjaardagen doen (wat inhoudt dat je je verjaardag wel kunt vieren, maar niemand verplicht is om te komen) weet je nooit van tevoren hoeveel mensen je kunt verwachten en haal je altijd teveel eten in huis. De laatste jaren voelde het vieren van mijn verjaardag als: ‘Vroeg in de ochtend taart halen en daarna de boodschappen, vervolgens het huis aan kant maken, tussendoor proberen de kinderen te vriend te houden en zodra de eerste visite zich aanmeld is het draven met kopjes koffie/thee/frisdrank, taart, lekkers, tussendoor proberen om een praatje te maken met de visite (wat de ene keer wel lukt, omdat iedereen netjes achter elkaar aan komt – maar heel vaak niet, omdat iedereen tegelijk binnen komt en je niets anders kan doen dan heen en weer draven), eten klaar maken, opnieuw koffie/thee/frisdrank/hapjes en vaak pas later op de avond even gezellig babbelen als je eigenlijk al uitgeput bent. ‘Is dit nu een verjaardag vieren?’ vroeg ik me steeds vaker af.
Deze keer heb ik lang getwijfeld of ik mijn verjaardag nu wel of niet zou vieren. Vorig jaar heb ik ook al overgeslagen. ‘Maar voor wie doe je het dan?’ vraagt een stemmetje achterin mijn hoofd, ‘heb je er zelf wel zin in?’ ‘Eigenlijk niet’, beantwoord ik het stemmetje. ‘Ja, aan de ene kant wel, want ik vind het wel gezellig om mijn familie te zien. Aan de andere kant niet, want zelf heb je er als gezin vaak toch niet zoveel aan’. Alleen Sylvain geniet van alle visite en aandacht. Lesley helpt inmiddels mee met het draven.
De woensdag voor mijn verjaardag heb ik nog steeds geen besluit genomen. Ik praat erover met mijn oud collega en vriendin, die een dag voor mij jarig is, tijdens het wandelen. Zij gaat het niet vieren, ze gaan lekker een weekend naar Amsterdam. Ze vraagt wat ik zelf graag zou willen. ‘Naar het strand’, zeg ik. En op dat moment is mijn besluit genomen. Ik ga mijn verjaardag niet vieren, ik ga gezellig met mijn gezin naar het strand. Als ik echter de weersvoorspelling bekijk voor die dag is er een kans van 95% op neerslag. Dat is wel heel veel. Als ik opper dat we misschien naar Corpus kunnen gaan, een museum waar ik al heel lang eens met het gezin heen wil, is iedereen enthousiast. Ik begin direct met het uitzoeken en regelen.

DSC05956         12557794_1280017852024324_1828552858_o        12591774_1280015232024586_388507751_o

Met zijn vieren stappen we lachend in de auto. We hebben er zin in. De weersvoorspellingen zijn niet zo fijn, het kan glad worden. Toch lijkt het mee te vallen, dus we besluiten toch te gaan. Het is al wat later op de ochtend. Af en toe krijgen we een beetje sneeuw, maar het valt best mee en hoe verder we richting het westen komen, hoe beter het weer. Vanaf Amsterdam begint de zon zelfs flink te schijnen. We hebben ruim de tijd genomen om er te komen, maar we kunnen gewoon goed doorrijden en zijn daarom al op tijd op de plaats van bestemming. We beginnen daarom met een kop koffie en een gebakje, dat hoort er toch wel bij.
Even later wordt onze toer omgeroepen, we krijgen allemaal een audiofoon mee met koptelefoon, die ons begeleid tijdens de reis door de mens. We starten bij de knie en krijgen uitleg over de spieren, terwijl dit ook op een scherm zichtbaar is. We horen meer over rode en witte bloedcellen, zien en horen wat er gebeurd op het moment dat je een splinter hebt. Zittend op bankjes ervaren we hoe de bloedcellen door onze aders worden gepompt, we lopen door de gehoorgang, door de kamers van het hart, komen in de longen, via verschillende liften komen we op de verschillende verdiepingen. Het is erg interactief, luisteren, zien, voelen, ervaren. Een hele leuke belevenis voor jong en oud. Ook Sylvain geniet ervan, ook voor hem is dit uitermate geschikt om te doen. Het leukste vindt hij het als we als bloedcel door de aderen gaan (het lijkt wel een beetje een kermisattractie), als we in de hersenen zijn en onze stoel ineens achterover gaat, als we op de tong staan, wat een beetje op een springkussen lijkt en de tanden van de binnenkant kunnen bewonderen. Het was echt de moeite waard.
Als we boven in de kantine staan hebben we een heel mooi uitzicht en in de verte zie ik de duinen. Het is schitterend weer, de zon schijnt volop, er staat wel veel wind en het is best koud, maar als ik de duinen zie, dan trekt het toch om even naar zee te gaan.
Als we uitgekeken zijn in Corpus, willen we nog een hapje eten en we besluiten om richting zee te gaan. Ik had wel wat gezien in Noordwijk aan Zee. Als we de auto hebben geparkeerd en uitstappen, voelen we direct de harde wind en de kou. Er wordt mij gevraagd of ik echt langs het strand wil wandelen. De mannen willen liever direct ergens een restaurantje induiken, maar ze kunnen mijn smekende blik niet weerstaan. We pakken ons dik in en lopen naar het strand. In eerste instantie willen we tegen de wind inlopen. Het zand stuift echter zo, dat dit niet echt fijn is, dus lopen we maar van de wind af. In de verte zien we een strandtent. Het ziet er wel luxe uit, maar we gaan toch eens kijken of we hier een hapje kunnen eten. Dichterbij gekomen, ziet het er toch wel erg chic uit. Er staat iets op de deur over een Michelin aanbeveling. Nee, dit is niks voor ons. We lopen nog maar even verder. Iets verderop zien we een andere strandtent. Van buiten ziet het er niet zo mooi uit, maar als we hier naar binnenstappen, zijn we direct verkocht. Heerlijke muziek, druk pratende en lachende mensen, een steenoven waar de geur van lekkere verse pizza’s uitkomt en allemaal haardvuurtjes. Het is echter wel druk. Zullen we hier nog wel kunnen zitten? We hebben niet gereserveerd. Met wat improviseren kunnen we er nog wel bij. We genieten volop, eten heerlijk en genieten van de muziek, elkaars gezelschap en de hele sfeer.

DSC05967         DSC05971         DSC05989

DSC05992         DSC05995         DSC06003

Wat een geweldige verjaardag heb ik gehad. We hebben alle vier genoten. Zo willen we nog wel vaker een verjaardag vieren. Het voelde wel een beetje als een verjaardagsfeestje van vroeger.
Als Sylvain ’s avond uitgeput op bed ligt en ik nog even met hem na klets vraagt hij: ‘Gaan we morgen weer daarheen?’ (Je moet weten dat morgen voor hem een heel ruim begrip is, dat kan ook volgend jaar zijn). Ik vraag hem waarom hij dit graag wil. ‘Nou ik wilde eigenlijk nog op de tong springen, maar was bang dat de mond open ging en dat ik tussen de tanden zou komen’. Er verschijnt een grote glimlach op mijn gezicht. Wat gaat er toch in zijn koppie om. Nu hij hier in bed ligt, had hij toch wel graag willen voelen hoe het is om op die tong te springen (Op foto’s op de site heeft hij gezien dat kinderen dit deden).

Ik ben er helemaal klaar mee …

DSC05874         DSC05876         DSC05878

Joop wilde altijd al graag een hond. Ik zag dat niet zo zitten. Gezien wij beiden werkten, was het ook niet handig. Op het moment dat Joop van werk veranderde en alleen in de avonduren werkte, leek dat een goed moment om een pup in huis te nemen. Zelf was ik er nog steeds geen voorstander van, maar ik kon wel wat extra beweging gebruiken. Joop zou het heel graag willen en ook de kinderen vinden een hond erg leuk. Daar komt nog bij dat gezegd wordt dat een hond ook een hele goede kameraad voor een kind met autisme en/of een beperking kan zijn. Sylvain heeft weinig vrienden, dat is ook lastig. Zijn klasgenoten wonen niet in de buurt en samen spelen is voor hem niet altijd gemakkelijk. Een hondenvriendje zou voor hem misschien wel goed zijn.
Zo gebeurde het dat wij in oktober 2007 onze labrador pup haalden uit het Gelderse Eibergen. Toen ik het nestje puppy’s zag, was ik natuurlijk ook verkocht. Wat een grappige, kleine, donzige hondjes.
Op de dag dat we Pepper mee mochten nemen, heeft hij de hele reis in de auto gejankt. Hij vond het maar niks. Bij de entree van ons huis, werd hij verwelkomt met een haal van onze kat over zijn neus en ook de eerste nachten waren geen succes. Het wende echter al snel. Wat een leuk, lief hondje. Ik was ook verkocht.

CIMG0309             CIMG0314             CIMG0323

‘Vervelend’ gedrag, wat met zo’n acht maanden begon en nu nog heel af en toe voorkomt, daar heb ik nooit aan kunnen wennen en ben ik ook helemaal klaar mee.Tot acht maanden liep Pepper gezellig met ons mee en bleef in de buurt. In die tijd mocht de hond nog overal loslopen. Op het moment dat hij begon te puberen, begon ook het vervelende gedrag; weglopen en vreten. De eerst drie tot vier jaar is dit regelmatig gebeurd, hoe vaak ik niet aan de ene kant van bosjes heb gestaan en hij aan de andere kant en vooral niet luisteren. Het probleem is dat hij ergens iets eetbaars ruikt en daar gaat hij dan op af. Hij heeft ons meerdere malen in lastige situaties gebracht, door weg te lopen op momenten dat het echt niet uitkwam. Zo heeft Joop hem eens laten lopen, omdat hij moest vlaggen bij een wedstrijd van Lesley. Op dat moment vond ik het nog zielig en ben ik op zoek gegaan naar hem. Maar goed ook, want hij was een aantal kinderen aan het ‘pesten’, door hun speelgoed af te pakken. Op het moment dat we naar een crematie moesten, vonden we hem net op tijd terug, nadat hij een flinke tijd weg was geweest, en lieten hem achter huis. Hij had blijkbaar in de tussentijd een heleboel poep gegeten, wat hij vervolgens thuis er allemaal heeft uitgekotst. Je kunt je wel voorstellen dat we niet blij waren bij thuiskomst.
Op een gegeven moment was ik er zo klaar mee, toen hij voor de zoveelste keer weg was gelopen, dat ik dacht: ‘Je bekijkt het maar. Ik zoek je niet meer en wat mij betreft blijf je weg’. Ik was echter vergeten dat hij een naamplaatje met adres aan zijn halsband heeft en voor ik er erg in had stond er een man met mijn hond voor de deur. Op dat moment baalde ik best. De kinderen daarentegen waren blij dat de Pepper er weer was. Zo kan ik nog wel even doorgaan.
Inmiddels gebeurd het niet vaak meer dat hij wegloopt en durf ik ook allang weer met de hond los te lopen (waar het mag, ik ben natuurlijk wel een fatsoensrakker). De laatste dagen/weken heeft hij echter wel weer zo zijn plekjes waar blijkbaar poep of iets anders te vreten ligt en moet ik er steeds alert op zijn dat ik hem eerder onder appèl heb, dan dat hij de bosjes in kan lopen. Vanochtend waren we in het parkje om Pepper uit te laten en ook omdat Sylvain graag met de slee van het heuveltje af wilde sleeën. De vorige keer stond ik gewoon beneden en duwden Joop en Lesley hem even aan. Nu waren we met zijn tweeën. Sylvain is er niet zo bedreven in om zelf in beweging te komen, dus besloot ik toch maar om op het heuveltje te klimmen en hem een duwtje te geven. Op het moment dat ik hem net heb weggeduwd en kijk hoe hij naar beneden roetsjte, zie ik in mijn ooghoek Pepper ineens met een vaartje over het grasveld iets verderop rennen richting de bosjes waar hij al een aantal dagen graag naartoe wil, omdat er wat te vreten ligt. Ik roep hem nog, maar hij reageert niet, loopt gewoon door. Gezien het glad is, ben ik niet zomaar beneden en kijk ik ook goed waar ik mijn voeten neerzet. Ik loop in straffe pas richting de bosjes, waar ik Pepper voor het laatst heb gezien, maar hij is er niet. Ik kijk eens om mij heen, maar zie hem helemaal nergens. Ik vraag Sylvain om aan de andere kant van de heuvel te gaan kijken en ik loop verder waar ik hem voor het laatst gezien heb. Ik hoor ineens Sylvain roepen dat hij Pepper ziet, dus ik glibber zijn kant op. Daar aangekomen zag hij Pepper toch niet. Zucht. Sylvain is een schat, maar op dit soort momenten kun je hem er beter niet bij hebben. Ik kan niet te snel (lukt ook niet, want het is erg glad) of ver weglopen, want ik moet hem ook in de gaten houden. Ik besluit hem maar naar huis te brengen en Lesley op te halen (wat inhoudt dat ik hem uit bed moet halen, wat hij me niet helemaal in dank afneemt). Samen zoeken we een hele tijd, maar kunnen Pepper nergens vinden. Weten ook niet waar we nog kijken moeten. Lesley besluit de fiets te pakken en ik ga naar Sylvain. Die zit al veel te lang alleen in huis en wie weet wat hij daar uitvreet. Terwijl Lesley op de fiets weggaat, zoek ik de website van de dierenambulance op. Moet ik hen maar gaan bellen? Normaal zou ik dat niet zo snel doen, maar hij is nu al een uur weg en het is best koud buiten, er zijn sloten met ijs waar hij wel door kan zakken, etc. Waarom loopt hij ook juist nu weg? Het is vervelend zoeken met deze gladheid. Het schiet niet op en doordat ik erg verkrampt loop, heb ik inmiddels weer last van mijn rug.
Ik besluit nog één keer vanuit de voordeur buiten te gaan kijken … en ja hoor, daar staat meneer verderop in de straat bij de vijver. Een plek waar ik hem uiteindelijk wel vaker heb aangetroffen, maar ik weet nog steeds niet waar hij in de tussentijd dan langsloopt. Glibberend en glijdend loop ik naar hem toe. Als ik hem beveel bij me te komen, loopt hij traag naar mij toe, de bekende schuldbewuste blik in zijn ogen en houding. Ik ben blij dat ik hem heb gevonden, maar laat dit niet merken. Ik ben boos.

allerlei 2008 166         DSC02169         DSC02608

DSC02657         DSC05433         DSC05453

DSC05854           DSC06695           DSC08684

Ik ben er zo langzamerhand helemaal klaar mee. Het weglopen, maar ook de gladde en glibberige wegen. Het is genoeg geweest!

En dan ligt ineens een groot deel van het noorden plat; weeralarm code rood!

12483651_1272182766141166_1115167346_n    12507042_1272256716133771_328245232_n    12506871_1272323476127095_1256678757_n    12468274_1272323429460433_1994660424_n    12464031_1272182849474491_1995944847_n

We hebben net de eerste twee afleveringen van de Blacklist van het nieuwe seizoen gekeken. Gezellig met zijn drieën, want Lesleys training ging vanwege sneeuw op de velden, niet door. De aflevering is zo spannend, dat we tussendoor nauwelijks op onze telefoon kijken. Als het is afgelopen kijkt Lesley op zijn mobiel en ziet, in de groepsapp van school, dat het taxivervoer voor leerlingen in het speciaal onderwijs morgen niet rijdt vanwege de slechte weersvoorspelling; de hele nacht en ochtend kans op ijzel. Ik zoek ondertussen op om welke taxibedrijven het gaat, maar het vervoer van Sylvain staat hier nog niet bij. Lesley vraagt zich af of hij dan wel naar stage moet. Hij loopt op dit moment stage op een school voor speciaal onderwijs. Het busvervoer geeft nog aan wel te rijden, maar waarschijnlijk met enige vertraging. Er is verder nog niet zoveel duidelijkheid als we naar bed gaan.

Joop staat zijn brood te smeren als ik beneden kom. Hij zegt dat hij zich afvraagt of het verstandig is om op de fiets te stappen. Er blijken gisteravond/vannacht veel ongelukken te zijn gebeurd door de gladheid. Inmiddels is duidelijk dat de bussen voorlopig niet rijden. Meerdere basisscholen, middelbare scholen en scholen voor speciaal onderwijs hebben al aangegeven vandaag niet open te gaan of later van start te gaan. Lesley is inmiddels ook beneden, nog niet duidelijk is of hij nu wel of niet naar stage toe moet. De bus rijdt niet, dus dat zou inhouden dat hij op de fiets richting Hoogkerk moet gaan. Joop is ondertussen druk aan het appen met een aantal collega’s. Niemand durft het aan op de fiets. Een paar zullen worden gebracht met de auto. Joop gaat ondertussen eens buiten kijken. Voor de deur en om de hoek is het echt spekglad, maar hoe is het op het fietspad? Dit is op het moment ook nog niet te doen. De lijst met scholen die niet open gaan wordt steeds langer en Lesley is blij als hij hoort dat ook de school waar hij stage loopt niet open gaat. Ook al zullen er nagenoeg geen kinderen komen, toch voelt hij zich al verantwoordelijk om eventueel toch heen te gaan. Het vooruitzicht van een glibberende fietstocht naar de andere kant van de stad, ziet hij niet zo zitten. Hij vertrekt weer naar zijn bed. Ondertussen probeer ik het taxibedrijf te bellen waarmee Sylvain wordt vervoerd. Ik kan ze niet bereiken, ze worden vast platgebeld. Als ik de telefoon neerleg, gaat deze direct weer over. Het KDC, ze zijn vandaag gesloten, de taxi’s rijden niet. Ik hoef me dus ook nog niet klaar te maken en kan Sylvain rustig laten liggen. Ik ben wel opgelucht. Vindt het niet zo’n fijn idee om Sylvain met dit weer in de taxi te zetten. Wie weet wat er onderweg gebeurd. Joop vertrekt intussen wel naar zijn werk.
Er verschijnen steeds meer berichten over instanties die niet open gaan, ziekenhuizen die poliklinische patiënten adviseren niet te komen, etc. etc. Een groot deel van het openbare leven in het noorden ligt plat. Ik kan me niet heugen dat ik dit eerder heb meegemaakt. Dat er zoveel stil komt te liggen door het weer. Misschien in mijn jeugd? Ik kan me nog wel herinneren dat we enorme sneeuwbulten hebben gehad na een sneeuwstorm en ook dat alles er heel mooi uitzag door ijzel wat je vooral ook heel erg in de bomen zag. We hadden toen vast ook ijsvrij, maar dat ook de bussen niet reden, bedrijven dicht waren, etc. dat weet ik niet. Daar was ik denk ik te jong voor.
In die tijd was je misschien ook niet van alles direct op de hoogte. Er was nog geen internet met twitter, facebook, app. Nu kun je gelijk een heleboel mensen bereiken, contact hebben met collega’s, klasgenoten, organisaties. Er druppelen de hele dag nog berichten binnen. Ook zwemles voor de avond wordt afgelast en aan het eind van de middag krijg ik te horen dat het KDC ook de volgende dag nog gesloten zal zijn. Sylvain is dus nog een dagje vrij. Dat vindt hij vast niet erg.
Hij heeft zich vandaag erg vermaakt. Gezellig met mama een glibberende wandeling gemaakt naar de winkel, waar we op zoek gingen naar zaalvoetbalschoenen, maar terug kwamen met een slee. Geprobeerd om te schaatsen, maar dat was geen succes. Zou het door de te grote schaatsen komen? En in de middag (papa was eerder thuis in verband met de verwachte gladheid aan het eind van de middag) gesleed met papa en Lesley. Ook Pepper vond het leuk en dartelde er vrolijk tussendoor. In de ochtend schrok hij denk ik wel even toen we naar buiten gingen en zijn poten alle kanten op gleden. Ik ben best benieuwd wat er dan in een hondenkop rondgaat. Hij was verbolgen toen ik vrij snel weer terug ging naar huis. Het was mij op dat moment nog te glad om verder te lopen.

DSC05885        DSC05888        DSC05891        12494498_1272395452786564_310607079_o        DSC05895        DSC05892
Niet alleen Sylvain heeft zich vandaag goed vermaakt. Via social media komt het ene na het andere fotootje en/of filmpje binnen van schaatsende kinderen en/of volwassen, kinderen op sleetjes eventueel met een schaatsende papa of mama ervoor. Ook onderweg naar de winkel en terug hebben wij vele schaatsende, sleeënde of op een andere manier spelende kinderen gezien. Verder was het erg rustig op de weg. Af en toe zag je een waaghals, die toch op de fiets  het ijs in de wijkstraatjes probeerde te trotseren. Sylvain begon op voorhand al te lachen, verwachtend dat hij vroeg of laat zou vallen. We hebben ook vallende kinderen gezien onderweg en ook Sylvain moest er aan geloven. Gelukkig viel de schade mee.

Ondanks het ongemak hebben we er met zijn allen ook wel van genoten. Zo’n ‘Zomaar opeens heel ander dagje dan verwacht’, is best leuk. Het moet echter niet te lang duren.