Kun je met een kind met een beperking een Roadtrip maken?

Drie jaar geleden zouden we een Roadtrip maken door Zuidwest Amerika. Ik had er toen al slapeloze nachten van of dit met onze zoon wel haalbaar was. Uiteindelijk hebben we er wel voor gekozen om de reis te maken, per auto en slapen in hotels. Het hield me wel bezig of dit wel een juiste keuze was, om de dag een lange autorit en wat als hij ziek werd? Corona gooide roet in het eten of maakte voor ons de keus om de reis niet te maken, het is maar hoe je het bekijkt. Toch bleef onze wens om deze reis alsnog te maken en dit jaar hebben we de stoute schoenen opnieuw aangetrokken. We hebben de reis wel wat aangepast. Gezien we nu alleen met ons gezin gaan, hebben we er toch voor gekozen om met de camper te gaan (bed aan boord voor het geval dat, maar als je rijdt mag je het bed niet gebruiken) en ook de route wat aangepast. Een aantal plekken wilden we graag nog toevoegen aan onze reis en hiervoor hebben we Los Angeles opgeofferd. Voor ons niet echt een pré en daarbij schijn je daar vooral veel in de file te staan. We hebben er ook voor gekozen om niet in het hoogseizoen te gaan, in die periode is het veel te warm in grote delen van Zuidwest Amerika en in (sommige) parken is het dan filerijden. Dat leek ons nu ook niet echt een leuke manier om vakantie te vieren. Hierdoor moesten we wel langer wachten, voordat de vakantie echt kon beginnen en vlak voor tijd kwam ik erachter dat er ook plekken zijn tijdens onze reis, waar het in september/oktober al kan vriezen. Oeps, daar hadden we niet bij stil gestaan. Dit zorgde ervoor dat we een grote variëteit aan kleding mee moesten op reis.

Half september is het dan eindelijk zover. Een reis waar we ons al vier jaar op hebben voorbereid, gewikt en gewogen, wat willen we in elk geval zien en wat kan bij eventueel. We hebben geen idee hoe de reis zal verlopen, wat haalbaar is met een kind wat toch wel veel slaap nodig heeft, wat haalbaar is per dag met de camper, etc. De route ligt vast en ook de hotels en campingplaatsen zijn allemaal al geregeld. Dit deel van Amerika is zo populair, dat wordt aangeraden dit allemaal van te voren vast te leggen. Met name de campings in de parken, moet je al een half jaar van tevoren boeken en dan ook echt op de dag af een half jaar voordat je er zult verblijven. Op het moment dat de sites opengaan, moet je ook achter de computer zitten en je plekje al hebben gekozen, er gauw op klikken en hopen dat niet een ander je net voor is. Voor drie campings is het gelukt, maar voor twee hebben we toch een plekje buiten het park moeten zoeken. Alles al zo vastleggen, is wel een dingetje, want dit betekent dat we dus ook echt door moeten, ongeacht hoe alles verloopt. Ik ben benieuwd hoe dit zal gaan.
Ik heb me de afgelopen jaren al goed voorbereid door fora te lezen op facebook. Hier veel informatie uit kunnen halen, wat mooie plekken zijn om te bezoeken, wat je echt  niet moet overslaan, etc. Maar wat me ook opvalt is, dat mensen wel heel veel doen/zien op een dag. Kan dit omdat zij geen kind met een beperking bij zich hebben? Ik heb een mooi routeboekje erbij gehad en het reisboek van ons reisbureau waarin allemaal tips met wat te doen in de plaatsen die we bezoeken en wat eventueel te kunnen zien onderweg op onze reisdagen. Aan de hand hiervan heb ik onze eigen van dag tot dag route gemaakt, met alle mogelijke bezienswaardigheden.

Onze reis begint in San Francisco, waar we eind van de middag aankomen (voor ons al midden in de nacht) en 3 nachten zullen verblijven, voordat we de camper ophalen. We hebben hier lekker een dag rondgelopen en de bezienswaardigheden als Union Square, the Cable Car, Lombard street, Pier 39 en de Golden Gate Bridge bezocht. Ook zijn we naar Alcatraz geweest. Wij vinden San Francisco een leuke, relaxte stad. De mensen zijn hier heel anders dan in New York. Helaas ook hier wel veel zwervers.
Hierna hebben we de camper opgehaald. Voor de mannen in eerste instantie wel even wennen om met zo’n grote auto te rijden, maar dat was al gauw voorbij. Eerst boodschappen doen bij de Walmart en daarna kon het deel van onze reis met de camper beginnen. De eerste stop was Montery. We wilden heel graag een deel van Highway 1 rijden. Dit moet een erg mooie weg zijn, die doorloopt tot Los Angeles.

Het was echter best mistig en wij hadden geen tijd om op verschillende plekken uit te stappen om echt van het uitzicht te genieten. We moesten namelijk bij de 1e camping uiterlijk om 17 uur binnen zijn. Jammer, want op deze manier hebben we dus weinig gezien van Highway 1. Bij de 1e camping, hooked up, was het nog wel even uitzoeken hoe het allemaal werkt met aansluitingen, maar ook dit wende snel. Helaas zaten we te ver van de kust om hiernaar toe te lopen en door een vochtprobleem in de camper, hebben we de volgende dag besloten om eerst terug te rijden naar de camperverhuurder, alvorens onze reis naar Yosemite te vervolgen. Hierdoor was er helaas geen tijd meer om de 17-milesdrive in Monterey te rijden en heb ik dus niets gezien van mijn geliefde strand/zee.

Er bleek niet zoveel aan de hand te zijn met de camper, dus konden we onze weg al snel vervolgen richting Yosemite. Het was wel doorrijden, want we hadden een aardige rit voor de boeg. De rit was in het begin best saai en de wegen slecht, maar dit werd gaandeweg beter. We hebben genoten van uitgestrekte vlakten en vergezichten voordat we tussen de bergen terecht kwamen. Hier zijn we gestopt om te genieten van het uitzicht en de ondergaande zon op de bergen. Het was al schemerig voordat we bij de camping aankwamen.
Ons 1e Nationale park wat we bezochten was Yosemite. We stonden hier niet op een camping op het park, dus moesten al vroeg vertrekken om in het park een parkeerplek te bemachtigen. Dit hadden we vooraf al gelezen, maar ook de host van de camping bevestigde dat. Zij raadde ons aan om hier uiterlijk om half 7 te zijn. We besluiten om hier eerst naartoe te rijden en dan op de parkeerplaats pas te gaan ontbijten en koffie te drinken. We hebben immers al onze spullen en keuken bij de hand. Wat ook handig is, is dat we ook de wc altijd in de buurt hebben.
Het is voor onze jongste wel even moeilijk om zo vroeg op te staan, maar het is gelukt. In het park is nog genoeg parkeerplek, maar we zien dat dit ook snel volloopt.
Wat een mooi park. We hebben hier eerst een korte wandeling gedaan naar de Lower Yosemite falls en genoten van het beeld en het geluid van deze waterval, vervolgens hebben we een rit met de shuttlebus door het park gemaakt en zijn later met de camper naar Glacier Point gereden. Hier had je echt een fenomenaal uitzicht op o.a. de Half Dome en twee watervallen. Wat een mooi wijds uitzicht over de bergen. We waren sprakeloos en hebben hier echt een tijdje gezeten om van het uitzicht te genieten, ondertussen getrakteerd op een bezoekje van een eekhoorn.

De volgende dag hebben we ook doorgebracht in Yosemite. Via de Tiogaroad, één van de mooiste wegen van Amerika, zijn we doorgereisd naar Convict lake. Vandaag wel wat later vertrokken, zodat Sylvain nog even door kon slapen, terwijl wij alvast hebben koffiegedronken, ontbeten en de broodjes voor onderweg gesmeerd.
Het was echt een mooie rit. Onderweg zijn we een stuk gaan wandelen bij  Tuolume Grove. Hier kon je mooie Sequoia bomen zien. Wij zijn echter niet zover gekomen. Het was best een wandeling naar beneden en dit moesten we daarna dan ook weer terug naar boven lopen. Hier was niet genoeg tijd voor. Maar het stuk wat wij hebben gelopen was al mooi en wat een frisse, zuivere lucht.
Vervolgens zijn we gestopt bij Olmsted Point, waar we weer een geweldig uitzicht hadden op het gebergte en ook de Half Dome, nu vanaf de andere kant. Via een verrekijker van een ranger hebben we nu ook de wandelaars kunnen zien, bovenop de Half Dome. Vervolgens zijn we nog gestopt bij Tenaya lake en het uitzichtpunt bij de Tioga pass. Dit was ook weer een mooie weg om over te rijden en ineens doemde dan uit het niets Mono Lake voor ons op. We vallen wat uitzichten betreft van de ene verbazing in de andere. Wat is dit een mooi gebied.

Onze volgende stop was Convict Lake, hier stonden we op een camping vlakbij het meer met mooi uitzicht. We zitten hier wel hoger, dus het was best fris. In de ochtend werden we getrakteerd op een groep herten, die achter onze camper van de bosjes zaten te eten.

Vanuit Convict lake hebben we onze reis vervolgt via Tonopah, een voormalig mijnstadje en Goldfield waar o.a. een International Car Forrest was. Onderweg ook nog een aantal keren gestopt voor mooie uitzichten en ons eindpunt was Beatty, wat vlakbij Death Valley lag. We hadden geen puf meer om hier nog naartoe te gaan. Wisten ook eigenlijk niet of Death Valley al weer open was, na de overstromingen van een paar weken geleden. Hier kwamen we de volgende dag achter, toen we verkeerd reden en op een afgesloten weg stuiten. Death Valley is nog niet weer open.

Vanuit Beatty zijn we de volgende dag richting Zion gegaan. Onderweg hebben we het statepark the Valley of Fire bezocht. Echt een geweldig park, wat zijn naam eer aan doet. We hebben hier vele stops gemaakt en van de mooie uitzichten genoten. We vallen echt van de ene verbazing in de andere. Op het laatste stuk, sloeg het weer ineens om en kwamen we in een enorme regen en onweersbui terecht. Verbazingwekkend hoe snel dit ineens veranderde. Bij aankomst op de camping was er niks meer aan de hand.

Op deze camping staan we ook 2 dagen en net als in Yosemite helaas niet in het park zelf. Dat wordt dus weer vroeg opstaan om een parkeerplek in het park te kunnen bemachtigen. Zion is een mooi park, maar het was hier helaas wel erg toeristisch. We hebben een leuke trail gedaan, maar liepen hier wel in rijen achter elkaar. In de middag nog een andere, toch wel wat moeilijkere trail voor een deel gedaan. Hier was het rustiger, maar het was ook wel zwaar met de warmte en het was aardig stijgen langs een afgrond. Maar wel leuk om te doen. Ook hier in het park konden we met de shuttlebus naar verschillende viewpoints.

Onze volgende stop is Bryce, daar zitten we wel op een camping in het Nationale park. In de ochtend zijn we vanaf de camping naar een plek gelopen waar we de zonsopkomst konden zien, terwijl de jongens nog lagen te slapen. Wat later op de ochtend hebben we met de camper een aantal viewpoints bezocht en in de middag nog een wandeling wat meer de kloof in. Wat is het hier ook weer prachtig. De hoodoos hebben echt mooie kleuren en vormen.

Na 2 dagen op de camping in Bryce, waar het in de nacht tegen het vriespunt was, zijn we verder gereisd naar Capitol Reef. Ook hier staan we op een natuurcamping, midden tussen de appelbomen. En hier kwamen de herten (Deers) in de avond en ochtend vlakbij ons genieten van de op de grond gevallen appels. De kleuren van het gesteente zijn hier nog dieper rood dan we tot nu toe hebben gezien. We blijven ons echt verbazen hoe verschillend de natuur hier is in de parken.

Na 1 nacht zijn we doorgereisd naar Monument Valley, waar we vanaf de camping al een mooi uitzicht hadden op de buttes. Maar met de Jeeptour, die we hier hebben gedaan, was het uitzicht nog veel mooier en weer totaal anders. Natuurlijk zijn we ook even gestopt bij het iconische Forrest Gump point om een foto te nemen.

Vanuit Monument Valley zijn we naar Page gereisd, waar we een prachtige tour hebben gedaan door de Antelope Canyon. Een bijzondere ervaring. En natuurlijk zijn we ook naar de Horseshoe bend geweest. Deze blog wordt te lang om overal uitgebreid wat over te schrijven, dus ik hou het nu kort. Ik verval anders ook steeds in herhaling.
Sylvain begint inmiddels wel steeds meer moeite te krijgen met vroeg opstaan. Hij vindt het allemaal prachtig wat hij ziet en geniet net als ons van alles om hem heen, het lukt ook niet zo goed om op tijd op bed te gaan,en in de ochtend dan vroeg opstaan is toch wel een dingetje.

Vanuit Page reizen we naar de Grand Canyon, de plek waar het voor mij allemaal om begon. Hier wilde ik al vanaf mijn tienerjaren ooit een keer naartoe. En het is me niet tegengevallen. Wat een overweldigende plek. Ik weet niet of het het mooiste is, wat ik deze reis heb gezien, maar het is door zijn grootsheid wel heel indrukwekkend. Ook hier hebben we opnieuw genoten.

En dan is het al tijd om naar onze laatste camping te gaan, we reizen af naar Williams. Dit ligt aan route 66 en daar moeten we natuurlijk ook even een kijkje nemen. Het is echter wel erg fris in de avond, het waait hard en het begint te sputteren. Toch is het leuk om dit plaatsje even bij avond te zien. Omdat de mannen een korte broek aanhebben wil Sylvain ook geen lange broek aan. Maar of dit verstandig is?
De volgende dag voelt meneer zich niet lekker, hij heeft hoofdpijn en ineens wordt het hem allemaal teveel. Hij krijgt een enorme huilbui en wil acuut naar huis, wat natuurlijk niet gaat. We besluiten de kortste weg te nemen naar Las Vegas, in plaats van via route 66, zodat hij nadat we de camper hebben weggebracht in bed kan in het hotel. Hij heeft zich de hele reis al verheugd op Las Vegas, omdat daar op zijn werk over was gesproken; het gokken. Geen idee of hij echt weet wat dit inhoudt, maar wel erg sneu dat hij nu net ziek wordt. Wij zijn ‘blij’ dat het nu pas gebeurd. Hopelijk knapt hij wel op tijd op voordat we terug vliegen.

Gelukkig blijft het bij 1 dag en nacht en kan hij de laatste dag toch nog met ons mee Las Vegas verkennen en heeft hij nog even kunnen ‘gokken’.
Al met al hebben we echt een geweldige reis gehad. We hebben genoten van al het moois wat we hebben gezien. Echt teveel om op te noemen. Eén blog is te kort om dit allemaal te kunnen beschrijven.

Maar terugkomend op de titel van dit verhaal: Ja, je kunt met een kind met een beperking een Roadtrip maken. Het is tenminste voor ons wel gelukt en we zouden het zo nog een keer doen. Het hangt er natuurlijk wel heel erg van af wat voor beperking je kind heeft.
We hebben ondertussen wel concessies moeten doen. We hebben heel wat dingen die op ons dag lijstje stonden moeten schrappen, omdat het gewoon niet haalbaar is. Niet voor onze zoon, maar ook niet voor onszelf. Het werd echt teveel.

Brus

scan0001      allerlei 2008 052      DSC02947

Deze week stuit ik op een artikel over een zus die verteld dat zorgen voor haar zusje haar tweede natuur is. Met name de zin: ‘Het is voor mij een soort tweede natuur om altijd met Wendy bezig te zijn. Je kunt je voorstellen: dat is best wel intensief. Dat is echter wel hoe mijn toekomst eruitziet.’* raakt me en zet me aan het denken. Zij heeft een documentaire (Op zoek naar mijn zusje) gemaakt over haar en haar zus en de zorgen die ze over haar maakt. Een mooie, aangrijpende documentaire.** Deze week heeft ze deze documentaire als petitie aangeboden aan de vaste Kamercommissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport.  Als een pleidooi voor een sterkere landelijke beleidsvisie voor alle brussen, ook de brussen die niet op de voorgrond treden. ***

Mijn oudste zoon is ook een brus. Ook hij is heel nauw betrokken bij de zorg van zijn broertje. Hij is ermee opgegroeid, maar heeft zich van jongs af aan al heel verantwoordelijk gevoeld. Wij als ouders proberen deze zorg, zeker toen hij nog jong was, zoveel mogelijk weg te houden bij hem. Het is niet zijn verantwoordelijkheid en zorg. Het is onze zorg, ook al kunnen wij er niks aan doen dat hij een broertje heeft met een beperking, die intensieve zorg nodig heeft. Toch hebben we zoveel mogelijk geprobeerd om hem een zo normaal mogelijke jeugd te geven.
Ondanks dat is zijn jeugd toch anders dan deze zou zijn geweest als hij een ‘gezond’ broertje had gehad. Van jongs af aan heeft hij rekening moeten houden met zijn broertje, heeft hij ermee moeten dealen dat zijn broertje veel zorg nodig heeft en daardoor waarschijnlijk ook meer aandacht krijgt/vraagt. Toch denk ik dat we er aardig in geslaagd zijn om ook hem de aandacht en zorg te geven die hij nodig heeft.
De beide jongens kunnen het goed met elkaar vinden. Eigenlijk heb ik nooit gemerkt dat Lesley het vervelend vindt om een broertje als Sylvain te hebben. Ja, op het moment dat duidelijk was dat Sylvain niet naar dezelfde school kon als hij, heeft hij het er wel moeilijk mee gehad. Alle broer(tje)s en zus(je)(sen) van zijn klasgenoten, die er één of meer hadden, gingen wel naar dezelfde school. Gelukkig lukt het om Sylvain wel naar dezelfde naschoolse opvang te laten gaan, zodat ze na schooltijd op de dagen dat wij beiden werken, wel bij elkaar waren. Daar zijn we nog altijd blij en dankbaar voor, dat dit mogelijk was. Lesley heeft als vanzelf voor zijn broertje gezorgd. Het helpen op de wc, helpen met eten en drinken, etc. zijn heel normaal voor hem. Ook vindt hij het vanzelfsprekend dat Sylvain met hem mee naar buiten gaat om samen met hem en zijn vrienden te spelen en/of voetballen. Sylvain speelt dan vaak niet met hen, maar naast hen. Wij hebben er zelf wel voor moeten waken dat Lesley ook zijn eigen gang moet kunnen gaan. Dat hij niet altijd zijn broertje op ‘sleeptouw’ hoeft te nemen. Voor Lesley is dit heel gewoon, maar hij heeft ook zijn eigen leven. Nu ze ouder zijn, gebeurd dit vanzelf. Hun levens lopen niet meer zo synchroon en het leeftijdsverschil wordt steeds groter, maar er blijft altijd tijd om ook leuke dingen samen te doen. Alhoewel Sylvain de tijd wat te beperkt vindt, hij mist zijn broer regelmatig en roept vaak ‘Als ik straks groot ben, dan mag ik ook mee een biertje drinken’. Kortom, het zijn echte vrienden en Lesley is voor ons een fijne, vertrouwde oppas. We vormen een soort drie-eenheid rondom Sylvain.
Het zorgen en begeleiden zit ook echt in hem. Hij heeft ervoor gekozen om een opleiding te doen waarbij hij kan werken met kinderen zoals zijn broertje. Bewonderenswaardig vind ik, dat hij juist voor deze richting kiest. Je hoort het wel vaker, maar toch had het naar mijn idee ook heel anders kunnen zijn. Had hij juist iets heel anders gewild, omdat hij thuis al ‘moet’ zorgen.
Echter, hij komt dolenthousiast thuis van zijn stage. Hele verhalen horen we week in, week uit, we kennen bijna alle kinderen uit zijn groep (zonder ze ooit te hebben gezien). Hij raakt er niet over uitgepraat. Ik zie ook aan hem dat hij ervan geniet en het gaat ook heel goed. Zoveel zorgen als ik me over hem heb gemaakt op het moment dat hij nog op het VMBO zat, hoeveel ik hem niet achter zijn broek aan heb moeten zitten om hem tot leren te krijgen; dat is nu compleet anders. Hij geniet vooral van zijn stages, maar ook op school gaat het prima. Ik hoef me helemaal niet meer met zijn huiswerk te bemoeien, dat regelt hij helemaal zelf en gaat ook hartstikke goed. Hij heeft zijn roeping gevonden. Ik ben vreselijk trots op hem.
Toch knaagt er deze week iets aan me. Door het verhaal en de documentaire ben ik toch verder na gaan denken. Zou Lesley het ook zo voelen als deze zus? Op dit moment nog niet, daar is hij nog niet zo mee bezig, misschien ook nog wat te jong en onbevangen voor.
Natuurlijk denken wíj hier wel over na. Is het een reden waarom wij (als die mogelijkheid tenminste blijft bestaan) ervoor kiezen om Sylvain op een gegeven moment een eigen plekje te laten krijgen. Dat hij ‘op zichzelf’ gaat wonen, zodat het niet een hele grote verandering wordt op het moment dat wij er mogelijk niet meer zijn. Wij willen niet dat dit dan de zorg van Lesley wordt.
Maar ondanks dat Sylvain straks ‘op zichzelf’ zal wonen, zal hij daarnaast ook nog zorg van zijn familie nodig hebben. Wij als ouders hopen dit natuurlijk zo lang mogelijk te blijven doen, maar er bestaat een kans dat er een tijd komt dat Lesley dit van ons over zal nemen. Hij zal dit met liefde doen, daar ben ik van overtuigd. Toch is het iets wat je eigenlijk niet op de schouders van je kind wilt neerleggen.
Zo zit ik dus ineens te mijmeren over dingen waar ik nog helemaal niet mee bezig was. Eigenlijk ben ik nog lang niet bezig met het feit dat Sylvain strak uit huis gaat. Voor mij is hij nog steeds mijn kleine ventje.
Nog een week dan is hij al 15 jaar. Dacht ik jaren geleden dat hij rond zijn 18e  uit huis zou gaan, op dit moment schuif ik dat nog maar mooi wat jaartjes vooruit. Zover zijn we nog niet en gezien ik verwacht dat ook Lesley nog wel eventjes gezellig thuis blijft wonen, is het ook nog helemaal niet aan de orde. Sylvain wil alles wat Lesley ook doet, dus als Lesley de deur uit gaat, dan zal voor hem dit pas gaan spelen, denk ik. Hij kan het zich op dit moment niet voorstellen dat hij niet bij ons blijft wonen.

Door het artikel en de documentaire zijn mijn gedachten momenteel even  op de toekomst gericht. Het zijn ook zaken waar we wel over na moeten denken en waar we niet voor weg kunnen lopen, al zou ik dat soms wel willen. Ik had het mijn oudste allemaal graag bespaard, maar helaas hebben wij hier geen invloed op gehad.
Van de andere kant heeft het feit dat Sylvain in ons gezin is terecht gekomen ons allemaal verrijkt en ons gemaakt tot wie we nu zijn. Ook zonder dit broertje had Lesley vast een hele leuke, lieve jongen geweest, maar het feit dat hij met hem is opgegroeid heeft hem gemaakt tot de  lieve, sociale, leuke jonge man die hij nu is. Ik ben TROTS op hem.

* Uit Vrouw: Documentairemaaktster Debby: ‘Mijn toekomst? Zorgen voor mijn gehandicapte zus.’’ https://vrouw.nl/verhalen_achter_het_nieuws/30811/documentairemaakster_debby_mijn_toekomst_zorgen_voor_mijn

**  Introductiefilm Op Zoek Naar Mijn Zusje https://www.youtube.com/watch?v=Dn1GMOKfA6w

***  Uit Lotje en Co: Op zoek naar mijn zusje. http://www.lotjeenco.nl/blogs/lotje-s-keukentafel/entry/keukentafel/op-zoek-naar-mijn-zusje

Verjaardag vieren, maar dan anders …

12583611_1280637418629034_1928741262_n        DSC05966        groepsefie

In het boekje wat ik van Lesley en Sylvain voor mijn verjaardag heb gekregen ‘Flow-daily life- inzichtenpocket’ staat de volgende zin: ‘De waarde die je aan dingen hecht, kan door de jaren heen veranderen. Misschien vond je het vroeger gezellig …, maar ben je die traditie allang beu’. Dit slaat voor mij helemaal op het vieren van mijn verjaardag. Grappig om dit te lezen op het moment dat we het al helemaal anders hebben gedaan.
Als kind vond ik het, net als ieder ander kind (denk ik), geweldig om mijn verjaardag te vieren. Ook toen we gingen samenwonen vond ik het leuk. Nu kon ik het helemaal op mijn eigen manier doen. We hadden nog geen kinderen, een redelijk opgeruimd huis, en alle tijd om van tevoren lekkere hapjes klaar te maken, nieuwe te bedenken, etc. In de loop der jaren is dit toch wel veranderd. Op het moment dat er kinderen komen, eerst bij anderen, later bij onszelf, worden verjaardagen meer overdag en ’s avonds gevierd. Wat inhoudt dat je niet alleen gebak in huis haalt, ook zorgt voor een maaltijd tussendoor en in de avond nog weer andere hapjes op tafel tovert. Gezien wij een erg grote familie hebben, in principe niet aan verjaardagen doen (wat inhoudt dat je je verjaardag wel kunt vieren, maar niemand verplicht is om te komen) weet je nooit van tevoren hoeveel mensen je kunt verwachten en haal je altijd teveel eten in huis. De laatste jaren voelde het vieren van mijn verjaardag als: ‘Vroeg in de ochtend taart halen en daarna de boodschappen, vervolgens het huis aan kant maken, tussendoor proberen de kinderen te vriend te houden en zodra de eerste visite zich aanmeld is het draven met kopjes koffie/thee/frisdrank, taart, lekkers, tussendoor proberen om een praatje te maken met de visite (wat de ene keer wel lukt, omdat iedereen netjes achter elkaar aan komt – maar heel vaak niet, omdat iedereen tegelijk binnen komt en je niets anders kan doen dan heen en weer draven), eten klaar maken, opnieuw koffie/thee/frisdrank/hapjes en vaak pas later op de avond even gezellig babbelen als je eigenlijk al uitgeput bent. ‘Is dit nu een verjaardag vieren?’ vroeg ik me steeds vaker af.
Deze keer heb ik lang getwijfeld of ik mijn verjaardag nu wel of niet zou vieren. Vorig jaar heb ik ook al overgeslagen. ‘Maar voor wie doe je het dan?’ vraagt een stemmetje achterin mijn hoofd, ‘heb je er zelf wel zin in?’ ‘Eigenlijk niet’, beantwoord ik het stemmetje. ‘Ja, aan de ene kant wel, want ik vind het wel gezellig om mijn familie te zien. Aan de andere kant niet, want zelf heb je er als gezin vaak toch niet zoveel aan’. Alleen Sylvain geniet van alle visite en aandacht. Lesley helpt inmiddels mee met het draven.
De woensdag voor mijn verjaardag heb ik nog steeds geen besluit genomen. Ik praat erover met mijn oud collega en vriendin, die een dag voor mij jarig is, tijdens het wandelen. Zij gaat het niet vieren, ze gaan lekker een weekend naar Amsterdam. Ze vraagt wat ik zelf graag zou willen. ‘Naar het strand’, zeg ik. En op dat moment is mijn besluit genomen. Ik ga mijn verjaardag niet vieren, ik ga gezellig met mijn gezin naar het strand. Als ik echter de weersvoorspelling bekijk voor die dag is er een kans van 95% op neerslag. Dat is wel heel veel. Als ik opper dat we misschien naar Corpus kunnen gaan, een museum waar ik al heel lang eens met het gezin heen wil, is iedereen enthousiast. Ik begin direct met het uitzoeken en regelen.

DSC05956         12557794_1280017852024324_1828552858_o        12591774_1280015232024586_388507751_o

Met zijn vieren stappen we lachend in de auto. We hebben er zin in. De weersvoorspellingen zijn niet zo fijn, het kan glad worden. Toch lijkt het mee te vallen, dus we besluiten toch te gaan. Het is al wat later op de ochtend. Af en toe krijgen we een beetje sneeuw, maar het valt best mee en hoe verder we richting het westen komen, hoe beter het weer. Vanaf Amsterdam begint de zon zelfs flink te schijnen. We hebben ruim de tijd genomen om er te komen, maar we kunnen gewoon goed doorrijden en zijn daarom al op tijd op de plaats van bestemming. We beginnen daarom met een kop koffie en een gebakje, dat hoort er toch wel bij.
Even later wordt onze toer omgeroepen, we krijgen allemaal een audiofoon mee met koptelefoon, die ons begeleid tijdens de reis door de mens. We starten bij de knie en krijgen uitleg over de spieren, terwijl dit ook op een scherm zichtbaar is. We horen meer over rode en witte bloedcellen, zien en horen wat er gebeurd op het moment dat je een splinter hebt. Zittend op bankjes ervaren we hoe de bloedcellen door onze aders worden gepompt, we lopen door de gehoorgang, door de kamers van het hart, komen in de longen, via verschillende liften komen we op de verschillende verdiepingen. Het is erg interactief, luisteren, zien, voelen, ervaren. Een hele leuke belevenis voor jong en oud. Ook Sylvain geniet ervan, ook voor hem is dit uitermate geschikt om te doen. Het leukste vindt hij het als we als bloedcel door de aderen gaan (het lijkt wel een beetje een kermisattractie), als we in de hersenen zijn en onze stoel ineens achterover gaat, als we op de tong staan, wat een beetje op een springkussen lijkt en de tanden van de binnenkant kunnen bewonderen. Het was echt de moeite waard.
Als we boven in de kantine staan hebben we een heel mooi uitzicht en in de verte zie ik de duinen. Het is schitterend weer, de zon schijnt volop, er staat wel veel wind en het is best koud, maar als ik de duinen zie, dan trekt het toch om even naar zee te gaan.
Als we uitgekeken zijn in Corpus, willen we nog een hapje eten en we besluiten om richting zee te gaan. Ik had wel wat gezien in Noordwijk aan Zee. Als we de auto hebben geparkeerd en uitstappen, voelen we direct de harde wind en de kou. Er wordt mij gevraagd of ik echt langs het strand wil wandelen. De mannen willen liever direct ergens een restaurantje induiken, maar ze kunnen mijn smekende blik niet weerstaan. We pakken ons dik in en lopen naar het strand. In eerste instantie willen we tegen de wind inlopen. Het zand stuift echter zo, dat dit niet echt fijn is, dus lopen we maar van de wind af. In de verte zien we een strandtent. Het ziet er wel luxe uit, maar we gaan toch eens kijken of we hier een hapje kunnen eten. Dichterbij gekomen, ziet het er toch wel erg chic uit. Er staat iets op de deur over een Michelin aanbeveling. Nee, dit is niks voor ons. We lopen nog maar even verder. Iets verderop zien we een andere strandtent. Van buiten ziet het er niet zo mooi uit, maar als we hier naar binnenstappen, zijn we direct verkocht. Heerlijke muziek, druk pratende en lachende mensen, een steenoven waar de geur van lekkere verse pizza’s uitkomt en allemaal haardvuurtjes. Het is echter wel druk. Zullen we hier nog wel kunnen zitten? We hebben niet gereserveerd. Met wat improviseren kunnen we er nog wel bij. We genieten volop, eten heerlijk en genieten van de muziek, elkaars gezelschap en de hele sfeer.

DSC05967         DSC05971         DSC05989

DSC05992         DSC05995         DSC06003

Wat een geweldige verjaardag heb ik gehad. We hebben alle vier genoten. Zo willen we nog wel vaker een verjaardag vieren. Het voelde wel een beetje als een verjaardagsfeestje van vroeger.
Als Sylvain ’s avond uitgeput op bed ligt en ik nog even met hem na klets vraagt hij: ‘Gaan we morgen weer daarheen?’ (Je moet weten dat morgen voor hem een heel ruim begrip is, dat kan ook volgend jaar zijn). Ik vraag hem waarom hij dit graag wil. ‘Nou ik wilde eigenlijk nog op de tong springen, maar was bang dat de mond open ging en dat ik tussen de tanden zou komen’. Er verschijnt een grote glimlach op mijn gezicht. Wat gaat er toch in zijn koppie om. Nu hij hier in bed ligt, had hij toch wel graag willen voelen hoe het is om op die tong te springen (Op foto’s op de site heeft hij gezien dat kinderen dit deden).

(Kerst)shoppen

12386721_1256186344407475_1256930526_n         12351005_1252674368092006_598053188_n        12386701_1256187241074052_1651145708_n

Yes, eindelijk vieren we geen Sinterklaas meer en ik denk dat Sylvain ook echt begrijpt dat de Sint niet echt bestaat. Of zou hij dit altijd al hebben geweten? En ziet hij het gewoon als een leuk feest? Op school heeft hij ook dit jaar genoten van het Sinterklaasfeest, maar had wel gezien dat de hoofdpiet de locatiemanager was. Dit jaar voor ons dus geen Sinterklaasfeest, maar gezellig pakjes op kerstavond.
Sylvain zou vorige week eigenlijk al logeren bij opa en oma, maar gezien hij nog niet fit was, hebben we het een weekje uitgesteld. Zo gebeurd het dat hij in het weekend van 5 december bij opa en oma bivakkeert. De wedstrijd van Lesley gaat plotseling niet door en zo hebben we op 5 december ineens tijd om met zijn drieën naar de Kerstmarkt in Duitsland te gaan. Dat is al jaren niet meer gebeurd door allerlei omstandigheden.

Niet al te vroeg zijn we klaar om te gaan, maar tegenwoordig kan dat. Ook in Duitsland zijn de winkels nu de hele dag geopend op zaterdag en niet tot 17.00 uur, maar grotendeels tot 20.00 uur en de Famila zelfs tot 22.00 uur. We hebben dus niet echt haast om te vertrekken. Dat past ook niet zo goed bij ons. Zo kunnen we  even het één en ander doen en de hond nog goed uitlaten, voordat we vertrekken. Ik kan me nog goed de keren herinneren dat we met opa en oma Heinkens naar de Kerstmarkt gingen. Volgens mij gingen we in die tijd al vroeg van huis en dan ontbijten in een restaurant. Oma had mij nog gewaarschuwd, dat de slagroom in Duitsland geen suiker bevatte, maar dat was ik bij de vraag of ik slagroom op mijn chocolademelk wilde, natuurlijk alweer vergeten. Meestal gingen we naar Oldenburg. Ook later alleen met mijn ouders. Ik weet niet hoeveel jaar het al geleden is, dat we hier zijn geweest. Of we eigenlijk wel eens met onze kinderen zijn geweest. Lesley vindt het heerlijk om even een dagje alleen met ons op stap te zijn. En ook wij merken dat het toch een stuk relaxter is als Sylvain er niet bij is.
In Oldernburg aangekomen, het is inmiddels al half 2, staan we in de file om ergens te kunnen parkeren. Uiteindelijk vinden we een parkeergarage, midden in de stad, welke erg goedkoop is, toch rijdt het merendeel van de auto’s voor ons door. Als we eenmaal in de parkeergarage zijn, snappen we waarom. Wat een kleine doorgangen naar boven, wat een kleine plekjes en natuurlijk moeten we helemaal naar boven. Het lekkere is, dat we wel direct midden in het centrum zijn. We gaan eerst richting de Kerstmarkt. Hier aangekomen komt de geur van eten en drinken; patat, braadworst, gyros en Gluhwein, ons tegemoet. We geen eerst even lekker eten, dat hoort ook bij de herinnering die ik heb van de vroegere bezoeken aan de kerstmarkt. Joop herinnert zich nog goed de keer dat hij ziek was door een salmonella-infectie, maar toch met ons meeging. Wij stonden allemaal lekker te eten, hij moest er echt niet aan denken.
Het is best fris, er staat een stevige wind. We eten in de snijdende kou, terwijl we om ons heen kijken. Hierna lopen we rustig over de markt, welke naar mijn idee groter is dan in mijn herinnering.  We zien banaan overgoten met verschillende soorten chocolade. Dat ziet er lekker uit. Ik ken volgens mij alleen maar de appel, overgoten met een zoetige, harde, rode korst. Geen idee wat het was, maar ik vond het niet lekker. Heb het vast ooit een keer gehad, anders kan ik deze herinnering niet hebben. Hier hebben we allemaal wel zin in en terwijl we deze ontspannen aan het einde van de markt oppeuzelen liggen we met zijn drieën continue in een deuk om de flauwe grappen, met name van onze oudste zoon. Daar is hij heel goed in, vooral in woordspelingen. We merken alle drie hoe heerlijk  zo’n dagje toch is, als onze jongste niet mee is. Niet dat we zoiets niet samen met hem willen doen, maar af en toe is het toch wel lekker om even een ‘gewoon’ gezin te zijn. We lopen hier nog wat rond, bekijken wat winkeltjes, maar hebben in deze drukte niet echt zin om uitgebreid te winkelen. We besluiten daarom maar naar het winkelcentrum bij de Famila te gaan, waar ook genoeg winkels zijn om rond te kijken.
Heerlijk ontspannen lopen we hier rond, we stappen van de ene naar de andere winkel, drinken tussendoor een kop koffie en Lesley vindt nog een paar mooie, nette schoenen en Joop een nieuwe winterjas. Als we uit gewinkeld zijn gaan we lekker eten bij de pizzeria, waar we wel vaker zijn geweest. We genieten van elkaars gezelschap, hebben leuke, gezellige gesprekken, welke nergens door onderbroken worden. En hierna natuurlijk nog even de Famila in voor wat, met name lekkere, boodschappen.
We hebben een leuke dag. Ik merk ook dat Lesley echt geniet van zo’n dagje alleen samen met zijn ouders, even zonder zijn broertje (waar hij overigens heel blij mee is). Het is even ‘gewoon’, ontspannen, zonder je ogen en oren op scherp te hebben, op te letten of er niet iemand naar de wc moet, etc. Dit hebben we alle drie af en toe even nodig.

Als Sylvain de volgende dag thuiskomt ziet hij direct de nieuwe schoenen van Lesley en de jas van Joop. Wat hebben jullie gedaan? Zonder mij? Ik was bij opa en oma? Hij vraagt het nogal verontwaardigd. Volgende keer mag ik ook mee shoppen toch? Sylvain vindt het ook heerlijk om te shoppen, hij houdt van kleren kopen, maar dan draait het wel alleen om hem. Zin om voor een ander te kijken, daar heeft hij vaak het geduld niet voor. We zouden de week erop met zijn vieren naar Bremen. Dat stond al gepland, omdat Lesley dan geen wedstrijd heeft. Dit kwam er gewoon even tussendoor.
Afgelopen zaterdag zijn we met zijn vieren naar Bremen geweest en we merkten al snel weer waarom we het vorige week zo lekker vonden even zonder Sylvain. Terwijl we  aan het eten zijn, moet meneer natuurlijk weer naar de wc, hij heeft ontelbaar veel broeken moeten passen en uiteindelijk past er maar één (alles is te wijd) en als we een winkel in willen waar niks voor hem te krijgen is, duwt hij ons het liefst zo de winkel weer uit. Zo’n dag draait toch grotendeels om hem. Als Sylvain echter ’s avonds op bed met een big smile zegt hoe blij hij is met zijn kleren, hoe gezellig het was en dat hij er nu ook bij was (iets wat hij die dag ook al een aantal keer heeft laten vallen: ‘Nu ben ik er ook bij hè?), ben ik blij dat we dit ook met hem kunnen doen. Dan nemen we alle ongemakken die er bij komen kijken, maar even voor lief. Hij geniet er echt van en daardoor wij ook, maar af en toe eventjes zonder hem, dat moet ook gewoon kunnen.

Gemengde gevoelens 2

foto bloemstuk        DSC02551

Eerder deze week schreef ik over het overlijden van mijn oom, de broer van mijn moeder, de zwager van mijn vader. Ja, zal je denken. Dat is dan toch automatisch de zwager van je vader? Bij ons ligt dit toch net even anders, mijn oom is een jongere broer van mijn moeder en getrouwd met een jongere zus van mijn vader. Dubbele familie dus, dus eigenlijk ook een dubbele oom voor mij en mijn zusje.
Eergisteren hebben we definitief afscheid van hem genomen. Terwijl ik van het werk naar huis rijdt en voor de brug stil sta, zie ik dat mijn tante die ochtend al een mooi gedicht heeft geschreven voor haar broer. ’s Middags heeft ook mijn nichtje een mooi gedicht geschreven voor onze oom en er verschijnen verschillende lieve berichten van familieleden, vrienden en bekenden van mijn oom op facebook. Mijn nicht, de dochter van mijn oom, heeft een mooie blog geschreven over hoe zij het afscheid heeft ervaren …
Eén ding komt in alle verhalen, gedichten, berichten, etc. terug. Het was een mooi, warm en liefdevol afscheid.
Je kunt je afvragen of afscheid nemen mooi kan zijn. Afscheid nemen is niet leuk, het doet pijn en maakt je verdrietig. De ‘waarom’ vraag komt weer bij mij om de hoek kijken en ik denk bij veel anderen. Toch kan ook ik zeggen dat dit afscheid mooi was. Om even met de woorden van een andere oom te spreken: ‘ Als het je lukt om een grote redelijk kille aula van het crematorium met ongeveer 250 belangstellenden terug te brengen tot huiskamerproporties en de daarbij passende warmte en intimiteit dan kan er je vreemd genoeg een gevoel van gelukzaligheid en blijdschap bekruipen, ook al neem je afscheid van iemand die je dierbaar is. Zoveel positieve energie en gedeelde smart maakt het leed draagbaar.’ En hier ben ik het helemaal mee eens.

Het eerste wat me opvalt, terwijl ik de zaal van het crematorium binnenloop, zijn de vele bloemen die mijn oom omringen en daartussen een gitaar; op de achtergrond ook nog twee gitaren. Vervolgens zie ik een enorme hoeveelheid mensen, na ons nog de zaal in komen. Nooit eerder heb ik gezien, dat er hier ook een balkon is waar mensen plaats kunnen nemen en dan nog is er geen plek genoeg om iedereen een zitplaats te bieden.
Mijn oom heeft zelf op papier gezet, hoe hij zijn uitvaart wil. De muziek die gedraaid wordt is door hem uitgezocht, en hij heeft de broers en zussen waarmee hij jarenlang op woensdags repeteerde verzocht om twee nummers ten gehore te brengen. Zijn gezin heeft ervoor gezorgd dat alles naar zijn wens is uitgevoerd.
Diep respect heb ik voor mijn nicht, die op deze moeilijke dag, het woord neemt en vertelt wat haar vader voor haar heeft betekend. Ook heeft zij dit voor haar broertje gedaan, omdat hij het niet aankan om aanwezig te zijn. Zelf schrijft ze dat ze stond te trillen als een rietje, maar daar heb ik niets van gemerkt. Vol bewondering heb ik naar haar gekeken en geluisterd naar haar mooie, lieve, woorden. Twee tantes hebben zijn levensverhaal met ons gedeeld en er wordt een mooi gedicht voorgelezen. De muziek die wordt gespeeld en gezongen door de broers en zussen, maakt het geheel compleet. Natuurlijk is er verdriet en is er menig traan gelaten, maar de manier waarop deze dienst helemaal naar de wens van mijn oom is samengesteld en door de familie is verzorgd, zorgt voor het warme en intieme gevoel wat we allemaal hebben.

Mijn jongste zoon staat naast me en ook op deze momenten let hij goed op hoe anderen handelen. Hij ziet voor ons iemand troostend een arm om degene naast hem slaan, als deze wat begint te sniffen. Op het moment dat er bij mij wat tranen over mijn wang rollen, vraagt hij: ‘Gaat het mama’, en hij legt zijn arm om me heen. Helemaal begrijpen wat er gaande is, wat ‘dood gaan’ inhoudt, weet hij denk ik niet. Soms is het wel moeilijk om hem hierin te doorgronden. Aan het einde van de dienst gaan we allemaal staan. Van achteruit lopen de eerste mensen naar voren om hun laatste groet aan mijn oom te brengen. Wij wachten nog even, we staan redelijk vooraan. Mijn zoon snapt niet hoe dit werkt. Waarom moeten we nu wachten? Wij zitten aan het uiteinde van een rij, we kunnen toch de andere kant langs lopen? Ik probeer het hem uit te leggen, maar helemaal begrijpen doet hij het niet bespeur ik uit zijn woorden: ‘Daar staan we dan’. Een tijdje later zegt hij ineens: ‘Gaan we kijken of hij toch nog levend is?’ Moeilijk hoor, toch kiezen we er sinds een tijdje voor om hem toch bij dit soort gelegenheden te betrekken. Er komt een tijd dat hij ook afscheid moet nemen van zijn eigen opa en oma of ons. Naar mijn idee kan hij dit dan beter al eens hebben meegemaakt.

Nadat we de zaal hebben verlaten breken er toch een aantal mensen. Hoe mooi, warm en liefdevol deze dienst ook is, het afscheid is nu toch heel definitief. Het doet me pijn om het verdriet van mijn moeder te zien en ook een aantal andere broers en zussen hebben het nu heel zwaar. Toch fijn dat de familie zo betrokken is, dat iedereen elkaar steunt, dat er zoveel mensen de moeite hebben genomen om een laatste groet aan mijn oom te brengen en zijn gezin en familie te steunen.
Je laat een grote leegte achter, oom, we zullen je nooit vergeten en erg missen. Toch gaan we proberen om jouw positiviteit te evenaren.

Wie had dat verwacht?

DSC02831       DSC04262      DSC04265

 

Een aantal keren heb ik geschreven over mijn oudste zoon en zijn leerprestaties. Een hele klus is het voor hem geweest om zijn VMBO diploma te halen. Vele malen heb ik hem achter zijn broek aan moeten zitten, samen planningen maken en manieren bedenken waarop hij het gemakkelijkst kon leren. En toen kwam daar ook nog de verplichte rekentoets bij. Ineens was het weer belangrijk om hoofd te rekenen, terwijl het al jaren met de rekenmachine mocht. Een stomme beslissing, die rekenmachine vond ik, je moet toch ook zonder een rekenmachine in een winkel of waar ook een berekening kunnen maken? Het heeft mijn zoon bijna de das om gedaan, maar gelukkig bleek dit op het eindexamen nog niet ‘echt’ mee te tellen en is het hem gelukt om zijn andere onvoldoendes stuk voor stuk weg te werken. Met bloed, zweet en tranen (nou ja, dat laatste valt dan wel weer mee) van hem en mij. Er zijn momenten geweest dat ik er zelf wel de brui aan wilde geven, geen zin meer in alle ruzies en de energie die ik erin stopte, maar nu denk ik dat het toch zijn vruchten heeft afgeworpen of heeft het daar helemaal niets mee te maken?

Sinds dit jaar gaat Lesley naar het MBO en volgt de opleiding Sociaal Agogisch werk (SAW). Al in het derde jaar van de VMBO zijn we samen op pad geweest naar verschillende vervolgopleidingen en op dat moment ging zijn voorkeur nog wat meer richting ‘Sport en bewegen’. Hij wil graag met kinderen met een beperking werken en op sportgebied. In het laatste jaar kun je hier kiezen voor de richting ‘Sport en bewegingsagogie’.
Langzaam aan is zijn keuze in het laatste jaar toch meer gevallen op SAW, een opleiding welke vanaf het begin al meer gericht is op zorg en specifieke doelgroepen. Mij leek ‘Sport en bewegen’ meer een optie voor hem (meer praktijk (sporten) en minder theorie), maar Lesley was eigenlijk heel stellig in wat hij wilde en welke opleiding hem het leukste leek. Ik heb zijn keuze gerespecteerd.
Sinds een half jaar volgt hij nu deze opleiding en ik weet werkelijk waar niet wat me overkomt. Meneer maakt trouw zijn huiswerk, vele verschillende verslagen, opdrachten, etc. In het begin werden wij als ouders ook veel betrokken bij deze opdrachten in de vorm van interviews, welke voornamelijk over zijn eigen jeugd gingen, hoe hij zich ontwikkelde, etc. Toetsen leert hij goed en weet hij goed in te plannen. Ik hoef hem nergens meer mee te helpen. Alleen bij de rekentoets heb ik hem nog af en toe geholpen, maar ook daar is hij zelfstandig mee aan de slag gegaan en heeft hij vele toetsen geoefend, totdat hij het gevoel had het wat onder de knie te krijgen.
En nu komt ie. Meneer haalt bijna alleen maar voldoendes en niet zomaar voldoendes, hij staat nu na een half jaar, gemiddeld een 8 op zijn rapport. Zelfs voor zijn laatste rekentoets had hij een 8,2, bij het horen sloeg ik stijl achterover. Wat is er met mijn zoon gebeurd? Hij heeft een opleiding gevonden, waar hij zich helemaal thuis voelt, waar hij veel plezier in heeft en waar hij zelf het nut van inziet om zijn best voor te doen en wat ik eigenlijk altijd wel heb geweten ‘Als hij wil, dan kan hij het ook’. Wat ben ik trots op hem en blij dat het allemaal zo goed gaat, dat hij mijn hulp niet meer nodig heeft en we nu op een leuke manier over zijn schoolwerk kunnen praten. Dat het niet meer nodig is om hem achter de vodden aan te zitten. Ik had dit echt nooit verwacht…
Het gaat sowieso goed met hem. Het stukje faalangst lijkt hij nu echt achter zich te hebben gelaten. Hij wordt nu zelfs een beetje arrogant. Het heeft ook zijn uitwerking op zijn voetbalprestaties. Ook daar is hij erg gegroeid. Hij kan best een aardig potje voetballen, maar geloofde niet zo in zichzelf. Ook hier heeft hij veel last gehad van faalangst, het niet geloven in zijn eigen kwaliteiten, maar ook dat wordt nu steeds beter. Zou het de leeftijd zijn? Zit hij gewoon lekker in zijn vel? Wat het ook is, ik ben blij voor hem en hoop dat hij dit zelfvertrouwen blijft houden.

Sinds een jaar is hij onze vaste PGB-er voor zijn broertje. Twee dagen in de week zorgt hij voor hem na schooltijd, dat hij zijn natje en droogje krijgt, hulp bij ADL, hij gaat met hem mee naar buiten of neemt hem mee te voetballen. Zorgt voor hem bij alles wat zijn broertje niet alleen kan. Eigenlijk heeft hij dit zijn hele leven al gedaan, met veel liefde en vanzelfsprekendheid. Wij zijn het die er op een gegeven moment voor moesten zorgen dat hij zich niet altijd verantwoordelijk voelde. Dat hij ook gewoon alleen met zijn vrienden weg kon gaan, zonder dat hij het gevoel had dat hij zijn broertje mee moest nemen. Langzaam aan heeft hij dit ook los kunnen laten en voelt hij zich niet meer schuldig als hij alleen weg gaat. Door hem nu gericht voor zijn broertje te laten zorgen, op vaste momenten en met ‘vaste’ opdrachten/taken, is er een betere balans. Wij, en ook Sylvain, kunnen ons geen betere PGB-er wensen. Hij kent hem als geen ander en is erg goed in zijn werk.
Sinds vorige week loopt hij één dag in de week stage op het KDC (kinderdagcentrum) waar ook Sylvain een plekje heeft. Op een andere locatie en een andere groep, maar hij vindt het geweldig. Hij vindt het jammer dat het maar één dag in de week is en komt met groot enthousiasme en verhalen thuis. Hij is uitermate geschikt voor dit werk en ik hoop dat deze vorm van zorg niet steeds verder uitgekleed wordt.

Dat baart me wel zorgen. Hij heeft zijn roeping gevonden, maar als ik de laatste week mijn TL op twitter bekijk en ook zelf aan den lijve ondervindt wat een zootje het momenteel is met de hele transitie van de zorg naar de gemeenten, toekenning Jeugdwet of Wet langdurige zorg  (WLZ), uitbetalingen PGB door de SVB, die niet naar behoren verloopt, waardoor veel zorgverleners niet (op tijd) betaald kunnen worden, vraag ik me af wat de toekomst brengt.
Vele hulpbehoevenden zijn nog in onzekerheid of ze dit jaar en vooral de daaropvolgende jaren nog wel de zorg krijgen die ze nodig hebben. Waar zijn we in dit land mee bezig?
Ook ik maak me zorgen om de toekomst van mijn jongste zoon en hoop dat wij als ouders nog lang zelf voor hem kunnen zorgen, maar we kunnen het niet alleen … Gelukkig heeft Sylvain een lieve broer en grootouders die op dit moment ook nog in staat zijn om een deel van de zorg op zich te nemen, maar zonder het KDC en later een werk en woonplek, gaan we het niet redden…

 

Vuurwerk!

DSC00824       DSC00859       DSC02012

Ken je dat? Zo’n kind dat de hele dag alleen maar over één ding kan praten, vuurwerk!
Ik dacht dat we het een beetje achter de rug hadden. Onze oudste is nu zeventien en heeft het ‘ergste’ achter de rug. Hij vindt het nog wel leuk om vuurwerk af te steken en heeft ook echt wel zelf wat vuurwerk gekocht, maar hij heeft het gelukkig niet meer vanaf de dag na de zomervakantie over Oud en Nieuw en dat hij zin heeft om vuurwerk af te steken. Ik denk dat het vorig jaar en ook het jaar ervoor al wel wat minder was geworden. Dat gepraat over vuurwerk, het bekijken van filmpjes op de computer met daarbij de bekende zin: ‘Moet je zien mam, vet cool!’ De hele dag ging dat door. Om gek van te worden.

Ik begrijp het wel een klein beetje. Ook ik vond het als ‘klein kind’ leuk om vuurwerk af te steken. Ik vond het maar wat stoer, dat ik op een gegeven moment ook zelf rotjes durfde afsteken. Hoe oud ik op dat moment was, weet ik eigenlijk niet. Toch denk ik dat voor mij niet het vuurwerk afsteken het belangrijkste was. Nee, bij vuurwerk hoorde de jaarwisseling en die was altijd erg gezellig bij ons. Na twaalf uur kwamen alle ooms, tantes, nichtjes, neefjes en eventuele aanhang, die op dat moment bij mijn opa en oma van moeders kant, waren onze kant op gewandeld. Van de Wijert naar Corpus. Dat was de gezelligste nacht van het jaar en we mochten natuurlijk lang opblijven.
Samen met neefjes en nichtjes en misschien ook wel ooms en tantes staken we dan vuurwerk af. De rotjes gooiden we dan zo van de galerij af naar beneden. Of we ook siervuurwerk hadden dat kan ik me niet eens herinneren. Ik denk het wel, want mijn vader hield meer van siervuurwerk. Wie het vuurwerk kocht, meenam of wat dan ook weet ik ook niet. Volgens mij is de familie van mijn moeder helemaal niet zo vuurwerkachtig, maar toch zijn dat mijn herinneringen aan Oud en Nieuw. Gezellig met elkaar, drukte in huis, lekker eten en drinken, vuurwerk afsteken en wij, mijn zusje en ik, hoopten elk jaar dat de familie weer iets langer bleef, dan konden we de volgende dag vertellen hoe laat we wel niet op bed waren gekomen. In mijn herinnering zijn we één keer pas om half 6 in de ochtend op bed gekomen. Dat vonden we echt geweldig. Wat een mooie tijd was dat, zo gezellig met z’n allen en dan de volgende dag weer op tijd op en op bezoek bij opa en oma van mijn vaders kant, waar we steevast keken naar het schansspringen, samen met de oom en tante, nichtje en neefje die ook bij de andere kant van de familie horen. Of de andere familieleden uit het Zuiden en Westen en later midden van het land hier dan ook waren, dat weet ik eigenlijk niet. Hierna gingen we dan naar de andere opa en oma, waar het altijd een zeer drukke boel was op de eerste dag van het jaar. Het was maar goed dat niet de hele familie op het zelfde tijdstip kwam, want dan was het echt proppen in het huisje. Toch maakte dat eigenlijk niks uit. Hoe meer zielen, hoe meer vreugd en het was iedere keer weer een verassing wie je allemaal tegenkwam. Een deel had ik die nacht al gezien, maar dat maakte niets uit. We houden van gezelligheid. Dit is jaren het beeld geweest wat ik bij Oud en Nieuw heb.

Op dit moment stuitert mijn jongste al dagen door het huis. Degene die als het erop aan komt, als de dood is voor vuurwerk, maar hij houdt er nu niet over op. Gelukkig begint het bij hem nog niet direct na de zomervakantie, maar vanaf het moment dat hij buiten vuurwerk hoort en/of de eerste vuurwerkfolders op de mat liggen, dan is het raak. Op zijn tablet zoekt hij op Youtube filmpjes op. Herhaaldelijk hoor ik: ‘Youtube, filmpjes vuurwerk’. Het lukt hem niet altijd om direct dat te vinden wat hij zoekt, omdat zijn spraak soms wat onduidelijk is. Als hij het dan gevonden heeft, bekijkt hij het ene filmpje na het andere. Ik hoor niets anders dan ‘pfieuw, pfieuw, pfieuw, etc.  Zelfs onze oudste wordt er gek van en dat zegt wat.  Het vervelende is dat we hem niet duidelijk kunnen maken, hoe lang het nog duurt voordat het echt Oud en Nieuw is. Hij heeft geen besef van tijd. Ook het bijhouden van een afkruisschema heeft geen nut. Hij ziet dan wel dat het nog een aantal vakjes duurt, maar kan niet tellen en dagen zeggen hem niks. Hij loopt al dagen lang met folders rond, de folders gaan met hem mee in bed. Hij weet dat hij nog vuurwerk heeft liggen van vorig jaar, gekregen van een buurjongen op nieuwjaarsdag. Hij blijft er maar over doorgaan. Gisteren zaten we op de fiets en hoorde hij vuurwerk. Hoor je dat mam, ik ga ook vuurwerk afsteken. Als ik dan zeg dat dat nog niet mag is zijn antwoord: ‘Zij doen het ook’. Uitleggen dat wat zij doen niet mag en dat je opgepakt kan worden, heeft geen enkele zin. Wat houdt dat dan in? Wat is opgepakt? Wat is een boete? Hoezo bureau Halt? Mijn zoon is gek op de politie, dus zal het waarschijnlijk helemaal niet erg vinden als ze voor zijn neus staan.
Vandaag gingen ze dan ‘eindelijk’ vuurwerk ophalen. Vanaf 14.00 uur ligt het vuurwerk hier in de kamer. Van papa mag Sylvain zodra het donker is, iets afsteken in de tuin. Hij vraagt zich nu alleen maar af wanneer het nu donker wordt. Vervolgens roept hij nog één dagje slapen en dan gaan we naar oom en tante. Ik moet het nog even aanhoren, probeer me ervan af te sluiten, maar dat lukt niet echt als je kind, alleen al tijdens het typen van dit verhaal, continue met een doosje kindervuurwerk, sterretjes, etc., met een bigsmile op zijn gezicht naast me staat.
Ik denk dat hij morgen direct om 18.00 een groot deel van zijn vuurwerk moet afsteken en hopelijk wachten de anderen dan nog even, want anders komt het vuurwerk niet op.
Om 00.00 uur durft mijn grote held namelijk niet naar buiten. Veel te veel lawaai, geflits en geknal wat uit onverwachtse hoek komt. Dan zit hij gewoon binnen en bekijkt vanuit het raam het vuurwerk. Pas als het heftigste achter de rug is en het eigenlijk niet meer mag, begint mijn zoon weer over het afsteken van vuurwerk ….

Een paar daagjes weg, zonder onze jongste zoon.

DSC03768            DSC03701            DSC03788

Vier jaar geleden liepen Joop en ik voor het eerst in Berlijn, met Joops oudste broer. De stad heeft veel indruk op ons gemaakt, vooral omdat overal nog goed te zien is wat zich hier in en na de oorlog heeft afgespeeld. Toen al zeiden we tegen elkaar, dat dit voor Lesley erg leuk zou zijn om te zien. Lesley houdt van geschiedenis, oude gebouwen en steden. Het leek ons leuk om hier een keer met zijn drieën naar toe te gaan, zonder Sylvain. Even alle aandacht voor onze oudste.
Vorig jaar konden we niet op vakantie, omdat ik net voor de vakantieperiode een baan kreeg en niet weg mocht. In de herfstvakantie kon ik wel vrij krijgen en besloten we om naar Berlijn te gaan. Toch maar met zijn vieren, omdat het na alle drukte toch wel even lekker was om met zijn alle bij elkaar te zijn. Echter, vlak voor de herfstvakantie ging het helemaal niet goed met Sylvain op school. Hij was overprikkeld, moe, dwars, etc. Het was ons nog niet duidelijk wat er precies aan de hand was, maar een vakantie in een grote stad, leek ons op dat moment voor hem geen goed idee. We hebben Berlijn daarom maar even op de lange baan geschoven en gekozen voor de rust van Sauerland.

Inmiddels is de rust wat teruggekeerd. Na een hectisch jaar, lijkt alles nu op zijn pootjes te zijn terechtgekomen. Sylvain heeft zijn plekje gevonden en dat zorgt voor een hoop rust in zijn lijf, maar ook in dat van ons. Deze zomer zijn we wel met zijn vieren weg geweest en daarom hebben we er voor gekozen om in de herfstvakantie onze belofte aan Lesley waar te maken. We zijn met z’n drieën naar Berlijn gegaan. Sylvain mocht bij opa en oma logeren en de hond ging met hem mee.
Sylvain vindt het heel bijzonder dat hij samen met de hond gaat logeren bij opa en oma. Anders gaat alleen Pepper, als wij op vakantie gaan, of alleen Sylvain tijdens zijn maandelijkse logeerweekend. We hebben Sylvain al ruim van tevoren voorbereid dat hij naar opa en oma gaat en wij een paar dagen naar Berlijn. Hij vindt het prima, heeft zin om bij opa en oma te logeren, samen met Pepper. Toch klinkt er in zijn stem op een gegeven moment verontwaardiging door, als blijkt dat hij naar opa en oma gaat en wij naar Berlijn. Komt het omdat we gezegd hebben dat we op vakantie gaan? Met vakantie gaat hij toch altijd mee? Berlijn, zegt hem waarschijnlijk niets en hij heeft dit niet als vakantie bestempeld. Ik weet niet of dit het is, maar bij nader inzien zou dit wel de reden kunnen zijn, waarom hij er ineens meer moeite mee heeft. Hij zegt ineens: ‘Ik mag niet mee hè naar Berlijn, ik ga naar opa en oma met Pepper’. De intonatie is anders dan voorheen. Of is het mijn eigen gevoel? Voel ik me bezwaard dat we voor het eerst met zijn drieën gaan en Sylvain alleen achter laten? Joop en ik zijn samen wel eens vaker een weekend weg geweest, maar dan was Lesley samen met Sylvain bij opa en oma. Dit voelt toch anders.
Ik moet bekennen, ik heb er aan de ene kant best moeite mee, maar aan de andere kant kan ik me er stiekem heel erg op verheugen. Even onbezorgd een paar dagen weg. Lesley dát geven wat andere kinderen met ‘gewone’ broertjes of zusjes, altijd ervaren. Even niet bij alles nadenken, ogen en oren de hele dag gespitst hebben, in de gaten houden waar dat energievretende, goedlachse jongetje nu weer uithangt of wie hij nu weer aanspreekt. Er om denken dat hij op tijd naar de wc gaat, want zelf denkt hij er niet om, totdat hij direct moet en er geen wc in de buurt is … Allemaal zaken waar we nu even niet aan hoeven denken. En na alle strijd met de zalf, het ooglapje, etc. ben ik wel even toe aan wat rust in mijn hoofd.

DSC03725             DSC03732             DSC03813

DSC03743             DSC03762             DSC03901

Sylvain brengen we de dag voor ons vertrek, samen met Pepper bij opa en oma. Hij heeft er zin in. Zegt ons gedag en gaat lekker slapen. Ik voel me nog heel even bezwaard, maar de volgende dag is dit gevoel helemaal weg. We gaan  lekker genieten van een paar dagen onbezorgd vakantie vieren met zijn drieën. Ook Lesley heeft er heel veel zin in. Leuk om Berlijn te bezoeken en even alleen met papa en mama …
Rond half 3 komen we de eerste dag in Berlijn aan bij ons hotel. Als we de spullen hebben weggebracht, een plek voor de auto hebben gevonden en een milieusticker hebben zien te bemachtigen, kan onze stedentrip echt beginnen. We kiezen ervoor om de eerste dag alleen te winkelen. De bekendste winkelstraat van Berlijn is vlak bij ons hotel, dus we kunnen er lopend heen. We genieten van het mooie weer, de rust om ons heen (in een drukke stad), kijken onze ogen uit gezien de vele chique modewinkels en struinen rustig rond van winkel tot winkel en bezichtigen tussendoor ook nog de Gedankkirche. Inmiddels begint het al donker te worden. Erg leuk zo met het lekkere weer in het donker en de mooie verlichting. We genieten volop en zitten pas rond een uur of negen aan ons avondmaal.
De twee hierop volgende dagen gaan we vele bezienswaardigheden bij langs, Potzdamer Plätz (waar Lesley voor het eerst een stuk van de muur ziet) met het Sonycenter, de jüdische gedenkstätte, de Brandenburger Tor, Siegelsäule, Reichtag, Unter den Linden, Friedrichstraße, Checkpoint Charlie en we eindigen de eerste dag met eten vlak voor de Brandenburger Tor, waar een geweldige lichtshow blijkt te zijn. Gezien we hier niet met de metro kunnen, moeten we teruglopen naar de Potzdamer Plätz, waar ook een mooie lichtshow blijkt te zijn. Het is al laat als we uiteindelijk in ons hotel terugkomen, maar het maakt niks uit. Het kan.
Joop, die twee weken geleden met zijn knie op een traptrede is gevallen, merkt nu dat hij hier toch nog veel last van heeft. De tweede dag bezichtigen we nog een hoop, maar nemen nu toch meer de metro, we bekijken het langste stuk muur wat nog bewaard is gebleven en nu is veranderd in een openlucht galerie (East side gallery), komen bij de Gendarmenmarkt met de bijna identieke Duitse dom en Franse dom en daartussen het concerthuis. We gaan naar Alexanderplatz, waar we de Fernsehturm bezoeken, nog even winkelen en ook de Berliner Dom bekijken, zowel bij dag als bij avond, want ook hier bevindt zich een lichtshow. Er is deze dagen het jaarlijkse Festival of lights. Wij wisten dit niet, maar het is een mooi cadeautje.
We genieten volop en benutten onze dagen van vroeg tot laat. Even geen rekening houden met de tijd. We zien wel hoe de dag loopt en waar we wanneer aan toe zijn. Regelmatig denken we aan Sylvain, de lichtshows had hij prachtig gevonden, maar ook opmerkingen als ‘toch wel lekker dat we nu even niet in de gaten hoeven houden waar een wc is’, ‘dit had Sylvain niet vol kunnen houden’, ‘dit zijn allemaal veel te veel prikkels voor Sylvain’, etc. passeren de revue tijdens deze dagen. Hij is steeds in onze gedachten, maar we genieten nu toch even van zijn afwezigheid.
De laatste dag, rijden we op de terugweg nog langs het Olympisch stadion van Berlijn. Ook hier ligt een groot stuk geschiedenis. Daarna zit het erop en rijden we richting opa en oma. We willen Sylvain graag weer zien, zijn er wel weer aan toe.

DSC03945                          DSC03965                          DSC03971

Berlijn is zeker de moeite waard en ik heb er geen spijt van dat we dit met ons drieën hebben gedaan. Voor Sylvain waren het veel te veel prikkels geweest en door hem mee te nemen, krijgen wij ook teveel prikkels. Nu zijn we lichamelijk vermoeid, maar geestelijk uitgerust. We hebben er goed aan gedaan en aan dit gevoel heeft de opmerking van Sylvain bij thuiskomst -waarbij hij ons toch nog even liet weten, dat het hem niet helemaal zinde dat hij niet mee mocht- niets veranderd.

DSC03947

 

Over voetbalstadions en de weg niet kunnen vinden …

DSC02938       DSC02959       DSC02935

Het is tien jaar geleden dat we in deze stad reden. Op zoek naar ons hotel. Hoe laat we de stad precies binnen reden, weet ik niet meer. Het was nog licht, maar al snel begon het schemerig te worden. We zijn op doorreis naar Italië, onze eerste keer dat we daar een vakantie hebben geboekt. Een droom die we al jaren hebben, komt eindelijk uit. Via internet heb ik een hotel geboekt in München.  Dat leek me thuis een handige keuze. Nu vraag ik me dat af. Ik heb de naam van het hotel bij me. De papieren van de boeking, maar of er een adres op stond, weet ik niet meer. We hebben nog geen Tom Tom en stom genoeg heb ik er niet bij stil gestaan om een routebeschrijving uit te printen naar het hotel. De route naar Italië is wel helemaal uitgezocht en uitgeprint, maar het hotel, daar heb ik dus niet aan gedacht.
Nu zijn we op zoek naar het hotel. In eerste instantie rijden we nog rustig rond en verwachten dat we het hotel vanzelf langs de rondweg zien verschijnen. Helaas gebeurd dit niet. Ik weet niet hoelang we rond hebben gereden, voordat we iemand de weg hebben gevraagd. Er is werk aan de weg en we komen steeds weer op dezelfde plek uit, waarbij we de ene keer rechts van ons, dan weer links van ons, vervolgens tegenover ons het Alianz Arena stadion in aanbouw zien. Hij verspringt telkens van kleur. Een mooi gezicht en in het begin genieten we hier echt van. Op den duur niet meer. Het lijkt wel alsof we, welke weg we ook nemen, steeds weer hier uit komen. We rijden alsmaar rondjes, zonder datgene te vinden wat we zoeken.  We willen graag nog eens een  kijkje nemen in het stadion, maar op dit moment vinden we het niet leuk meer.

Drie jaar later zijn we opnieuw op doorreis naar Italië. Nu naar de andere kant, niet Regio Venetië, maar op de grens van Toscane en Umbrië. Dit keer samen met familie en in het bezit van een Navman. We hebben een hotel geboekt in Milaan (jaja, weer een grote stad), hebben het adres van het hotel netjes in de Navman ingetikt, maar vlak voordat we bij Milaan zijn is de accu leeg. We pluggen het snoertje erin, maar helaas de Navman gaat niet meer aan. Het snoertje blijkt stuk te zijn. En nu? Het zal ons toch niet nogmaals gebeuren, dat we door een grote stad heen en weer rijden op zoek naar ons hotel? Helaas is dit wel het geval. Het is gelukkig nog niet donker. Met twee auto’s rijden we achter elkaar aan. We vragen aan iemand de weg,  maar Milaan is blijkbaar zo groot, dat mensen het adres niet kennen, als ze aan de andere kant van Milaan wonen. Weer dolen we rond, vragen  bij een restaurant nog de weg, maar zij weten het ook  niet. Zij geven ons het advies een taxi te vragen om ons voor te rijden. Dat gaat ons toch een beetje te ver. We rijden en rijden en op een gegeven moment zien we het San Siro aan onze linkerkant, vlak voordat we een soort tunnel ingaan. Even later zien we hem aan de rechterkant. Een groot plein, met een immens stadion, tenminste dat is wat ik me er nog van kan herinneren. Eigenlijk wil ik wel even stoppen, maar ik rijd niet en het humeur van Joop wordt er niet beter op. Ook mijn oom en tante rijden voor of achter ons, dus we kunnen niet zomaar stoppen. Tot op de dag van vandaag blijf ik het jammer vinden, dat we niet even zijn gestopt om een foto te nemen. Om het geheel even wat beter te bekijken.  Ook hier willen we nog graag een keer echt naar kijken…

DSC05527       DSC05612       DSC03565       DSC02104       DSC02110       DSC03504

Vandaag,  tien jaar nadat we die avond/nacht steeds maar opnieuw langs het stadion in aanbouw zijn gereden, gaan we dan echt het stadion bezoeken.  Na eerder in Engeland al het Wembleystadion en het stadion van Manchester United van binnen en buiten te hebben gezien, dit voorjaar ook in Nederland het Feyenoord stadion te hebben bezocht, willen we,  nu we in de buurt van München zitten, toch eindelijk eens de Alianz Arena van dichtbij en van binnen bekijken. Twee uur rijden is het vanaf ons huisje, we hopen de rondleiding van 12 uur te redden. We zijn op tijd, maar het is druk, dus we moeten wachten tot kwart voor 2 voordat we met een tour mee kunnen.

Wat ons in eerste instantie opvalt is dat het er eigenlijk best wel kil uitziet van de buitenkant. Overdag verschiet het stadion niet van kleur, er zijn helemaal geen foto’s of iets dergelijks van spelers aan de buitenkant, geen reclame of wat ook. Dat zijn we wel gewend van de stadions die we in Engeland hebben bezocht. Het enige wat je aan de buitenkant ziet, is de naam van het stadion en de ‘ballen’ die aan de buitenkant het logo van Bayern München bevatten. Uit niets is op te maken dat in dit zelfde stadion ook een 2e divisieclub voetbalt, Bayern 1860 of ook wel TSV 1860 München genoemd. We bezoeken de fanshop, waar ook alleen maar merchandise te verkrijgen is van Bayern München. Bij de ticketverkoop is een klein winkeltje, waar wel wat merchandise te verkrijgen is van TSV 1860 München, maar dit valt helemaal in het niet bij de grote club van deze stad.
Bij de rondleiding  en het bezoek aan de tribunes, waarbij we het veld kunnen zien, hebben we zicht op een vrij saai stadion. Alle stoeltjes zijn grijs en ook hier is geen enig reclamebord of iets dergelijks te bekennen of uitspraken over een gewonnen cup. Van de tourleider horen we dat de reclameborden hier pas vlak voor de wedstrijd van de betreffende club worden geplaatst. De sponsoren van Bayern München zijn hele andere dan die van Bayern 1860. Dit wordt dus elke keer aangepast en is de reden dat het stadion er op niet wedstrijddagen zo saai uitziet. Dat is dus de prijs die je betaald, als je een stadion moet delen. Er zijn vier kleedruimten. Eén van Bayern München, één van Bayern 1860 en twee voor de tegenpartij. Op wedstrijddagen zijn ook de bierbekers en dergelijk van beide clubs verschillend, omdat ze verschillende biersponsoren hebben.
Ondanks dat het er hier veel soberder uitzag, ik zeker niet het mooiste stadion gezien heb, en we niet eens bij het veld in de buurt mochten komen, hebben we wel een leuke dag gehad. Het is leuk om ook dit stadion te hebben gezien en het te kunnen vergelijken met andere stadions.
Hoe lang zal het nog duren voordat we het stadion in Milaan kunnen bezoeken? Wordt deze ook niet gebruikt door twee verschillende clubs? En hoe hebben zij dit geregeld? Zo houden we steeds plekken die we nog graag eens willen bezoeken ….

DSC07956       DSC07964

DSC01536      DSC01624

En dan komt er een einde aan de ‘schoolcarrière’ van onze jongste zoon

sinterklaas 2005 035 verkleind      DSC02669      DSC02340

Met een brok in mijn keel laat ik je in de taxi stappen. Naar school, hoe zal het vandaag gaan? Het voelt niet meer fijn om je naar deze school te laten gaan. Wat zal er vandaag weer gebeuren? Hoe vaak zal je naar de achterwacht gaan? Wat gaat er toch mis. Zelf ga je nog wel met plezier naar school, alhoewel ik daar toch ook aan begin te twijfelen. Je boze buien, je opstandigheid en je plotselinge huilbuien waarin je dingen zegt, die niet kloppen, maar waar wel een kern van waarheid in zit. We hebben er helemaal geen vertrouwen meer in, maar thuishouden is ook geen optie. Je zult niet snappen waarom je niet naar school mag. Thuis vind je het wel fijn, maar hele dagen achter elkaar gaat toch vervelen en waarom zijn alle buurkinderen wel naar school? Ik zit in de trein richting Den Haag. Vindt het onder deze omstandigheden moeilijk om zover weg te zijn …

Vanaf oktober zijn we al in gesprek met school. In eerste instantie om te kijken hoe ze ervoor kunnen zorgen dat jij beter de dag door komt. Door te zorgen voor rustpunten, andere bezigheden, meer praktisch gericht, want het lange stilzitten dat kun je niet. Er worden wel dingen gedaan, maar de vraag is zo langzamerhand of dit het wel is. Wij hebben heel sterk het gevoel dat de leerkrachten die nu op je groep zitten, niet geschikt zijn voor deze groep kinderen en niet weten hoe ze je moeten benaderen, met je om moeten gaan. Dit leidt alleen maar tot meer frustratie en boze buien bij jou.
In januari word ik tijdens het werk gebeld, de school wil toch echt met ons spreken en wel zo snel mogelijk. De orthopedagoge benaderd ons. Ze maakt zich zorgen om jou, heeft het gevoel dat je je niet meer veilig voelt op school, herhaaldelijk wordt je naar de achterwacht gebracht en het begroot haar om jou soms zo hartverscheurend te zien huilen.
Wij hopen in eerste instantie nog dat je naar een andere klas kan, dit zou naar ons idee voor het moment de oplossing zijn, maar helaas is dat niet mogelijk. We hebben steeds minder vertrouwen in de school en op hun aanraden en ook omdat wij het gevoel hebben, dat dit misschien wel beter is, gaan wij op zoek naar een andere plek voor jou.

In eerste instantie gaan we naar een plek voor dagbesteding, opgezet door een oud-medewerker van de school, die jou goed kent. De ruimte waar ze zit is prettig, maar wel erg stil. Op dat moment is er maar één kind aanwezig. De rest van de week zullen dit gemiddeld 2-3 zijn, maar dit wordt wel iets meer (hoopt ze) en met jou erbij zijn het er 3-4. Zij denkt dat het een goede plek voor je is. Wij vinden de plek prima, maar zijn bang dat dit voor jou toch te eenzaam is. Je hebt meer gezelligheid om je heen nodig, ook al zijn dit ook meer prikkels. Wij zien je hier toch niet echt gelukkig worden.
We gaan vervolgens naar een KDC, een plek waar we jaren geleden ook al eens een kijkje hebben genomen, maar wat we op dat moment nog niet echt bij je vonden passen. Nu zijn we wel enthousiast over deze plek, de ideeën, de kinderen die er zitten, maar of dit het helemaal is, is nog niet geheel duidelijk. We besluiten daarom nog een KDC te bezoeken, welke in eerste instantie niet direct onze aandacht had. Hier aangekomen, voelt de omgeving direct heel goed aan. Er zijn veel mogelijkheden hier, voor het doorstromen naarmate je ouder bent, je kunt hier eventueel logeren en/of later wonen. We kunnen ons helemaal vinden in de visie van dit KDC, er is echter één maar … de kinderen en volwassenen die hier zitten zijn qua niveau, in onze ogen, nog een stuk lager dan jij.  Zal je hier wel aansluiting vinden? Zal je je hier thuis voelen? Dit maakt de keuze heel moeilijk voor ons. Het andere KDC voelde ook goed, maar qua ruimte, mogelijkheden en visie voelt dit misschien wel beter, alleen de kinderen op het andere KDC zijn meer van jouw niveau, daar zal je je waarschijnlijk beter tussen voelen en aansluiting vinden. Een moeilijk keuze, maar we kiezen uiteindelijk voor  het andere KDC.
Gelukkig zijn ze er hier na het intake gesprek al snel uit,  jij past prima bij hun en bij de groep kinderen die er nu zit en er is al gauw een plekje voor je. Een aantal weken later krijgen we ook de vrijstelling voor school, alles is nu dus bijna rond, alleen is het wachten nog op de indicatie. Dit gaat ongeveer zes weken duren.
Ondertussen horen wij steeds minder leuke verhalen vanuit school, of van mensen die op wat voor manier dan ook met school te maken hebben. Het baart ons zorgen, we gaan opnieuw in gesprek over iets waar wij helemaal niet blij mee zijn om te horen, maar het wordt glashard ontkent.
Steeds meer moeite heb ik om je naar school te laten gaan. Ik overweeg om je thuis te laten, maar doe ik je daar een plezier mee? Snap je dat?

En dan komt het verlossende telefoontje. De indicatie zal die dag nog in orde gemaakt worden. Wij als ouders besluiten dat we je zo snel mogelijk over willen plaatsen naar het KDC, niet wachten tot de vakantie of na de vakantie ook al is het nog maar drie weken tot de vakantie. Nog voordat we de indicatie in huis hebben bellen we het KDC om af te spreken, dat als het helemaal rond is, jij de volgende week daar al zult starten. We hebben die ochtend een rondleiding gehad op een eventuele nieuwe locatie waar jij met je groep naar toe gaat. Eerst als proef en hopelijk bevalt dit goed. We ontmoeten hier ook andere ouders van kinderen uit je nieuwe groep en hebben het gevoel in een warm bad terecht te komen. Hoe er hier met ouders omgegaan wordt en er inspraak wordt gegeven aan ouders, dit kennen wij helemaal niet …
Op school geef ik aan dat het waarschijnlijk je laatste week is, juf vindt dit wel snel gaan. Jou vertellen we, met het oog op het komende schoolreisje, nog even niks. Dit is al spannend genoeg. Vrijdag zal je afscheid nemen, je diploma ontvangen en dan maandag op het KDC starten. Ik hoop dat we er voor jou goed aan doen …

Geschreven op dinsdag 17 juni, de dag dat we de indicatie in de bus kregen.