Van road trip naar tuinkamer

IMG_20200601_122651089_HDR

grand-canyon-3.39.1506

IMG_20200601_124039350_HDR

Het is nog vroeg en redelijk fris terwijl ik achter in de tuin aan onze tafel zit. Om me heen hoor ik het geluid van tjilpende vogels, af en toe in de verte wat vage stemmen, maar verder nog voornamelijk rust. Ik voel me wat terneergeslagen, alsof ik het nog een plekje moet geven, moet wennen aan het idee dat onze droomreis dit jaar definitief niet door gaat, maar aan de andere kant heerst er vooral opluchting dat we de knoop hebben doorgehakt.
Op één van de eerste dagen van dit jaar had ik het gevoel dat dit een heel bijzonder jaar zou worden, met veel hoogtepunten, ik voelde me zelfs wat bezwaard over alle mooie plannen die we voor dit jaar in petto hadden. 2020 op de een of andere manier klonk het wat magisch, het jaar waarin ik 50 word, waarin wij ons 25-jarig huwelijk hopen te vieren tijdens een Roadtrip door Zuidwest Amerika met ons gezin, we weer een Meeting zouden hebben en dit keer in Parijs, waaraan we dan ook nog een paar dagen Parijs hadden gekoppeld en voor mijn verjaardag heb ik ook nog een cadeau gekregen waarbij een lang gekoesterde wens in vervulling zou gaan, een vaart in een luchtballon. Het loopt helaas allemaal wat anders dan gepland. Mijn verjaardag heb ik nog kunnen vieren, maar de Meeting en daarmee ook het tripje naar Parijs zijn afgezegd, de vaart in de luchtballon is eerst op de lange baan geschoven en we hebben ervoor gekozen, met alle onzekerheid van deze tijd en de stress die het met zich meebrengt, om onze vakantie te annuleren. Ik weet dat het een goede beslissing is, ook al zouden we eind juli misschien wel kunnen reizen, het is maar de vraag of de reis dan zoals vooraf bedacht zou verlopen, of alles wel open is, je echt kan genieten in deze tijd, daarbij heb ik momenteel de energie niet om me er op het laatste moment nog volledig op voor te bereiden.

Eigenlijk heeft de reis me vanaf het begin al een wat dubbel gevoel gegeven. Mijn grote droom om ooit de Grand Canyon te gaan bezoeken, zou hiermee uitkomen. Veel meer wist ik eigenlijk niet van het gebied, totdat we ons hier wat meer in gingen verdiepen. Dat we in 2020 een grote reis zouden gaan maken, was voor ons eigenlijk al heel lang duidelijk, ook dat we dit samen met ons gezin zouden doen, welke inmiddels met nog een persoon is uitgebreid. In eerste instantie hadden we al jaren het idee om naar Rio de Janeiro te gaan, maar dit idee is ons in 2017 tijdens de Meeting in Toronto door andere ouders met een kind met NCBRS min of meer uit het hoofd gepraat. Zij komen uit Brazilië en zijn het er zeker over eens dat het er erg mooi is, maar voor toeristen ook gevaarlijk. Ze hebben het ons niet afgeraden, maar aangegeven dat als we dat wilden gaan doen, we ervoor moeten zorgen dat we er niet als toeristen uitzien (dus o.a. niet zichtbaar met een fotocamera rondlopen), het verstandiger is om met een gids op pad te gaan en moeten zorgen dat we niet per ongeluk in de ‘gevaarlijke’ gebieden terecht komen. We hebben hier uitgebreid met ze over gesproken en besloten dat wij op zo’n manier geen vakantie willen vieren. Hierna was het idee om naar het geboorteland van mijn moeder, Indonesië, te gaan. Echter, heeft onze jongste zoon in de loop der tijden steeds meer moeite gekregen met het vliegen (en dit is een nog langere reis), is de gezondheidszorg daar niet zo goed geregeld en liggen ziekten als malaria op de loer, dus ook dit viel voor ons af. De reis naar New York en Ontario (Canada) was in principe nog wel goed te doen, dus zo zijn we op het idee gekomen om nogmaals naar Noord Amerika te gaan en dit keer de Grand Canyon te bezoeken. Gaande weg zijn we ons gaan verdiepen in de bezienswaardigheden die hier in de buurt liggen, waar we nog meer naartoe zouden willen en kwamen we er achter dat er heel veel moois te zien is in dit deel van Amerika.
Met een wensenlijstje en met het idee om 3 à 4 huizen te gaan huren in dit deel van Amerika, centraal gelegen zodat we van daaruit de verschillende bezienswaardigheden kunnen gaan bekijken zijn we in november vorig jaar naar een reisbeurs getogen. We wilden graag weten waar we het beste de huizen zouden kunnen huren, zodat we zoveel mogelijk konden zien. We kwamen er echter al snel achter dat ons idee eigenlijk geen optie was, daar zijn de reisafstanden te groot voor. Als we wat wilden, dan zouden we op doorreis moeten gaan met een camper of huurauto en steeds 1-2 dagen op een plek overnachten. De vraag is of dit wel een optie is met onze jongste zoon. Zo veel reizen, steeds een andere plek en als hij dan ziek wordt? Dan moeten we toch verder reizen. Hier heb ik heel veel over zitten dubben, is dit wel voor ons weggelegd? Van de andere kant hadden we al zoveel mooie dingen gezien, al veel gelezen over het gebied, de roadtrips van anderen (ook met (kleine) kinderen) gevolgd, etc. We zijn al helemaal ‘verliefd’ op het gebied en het idee om hier een kijkje te nemen. Wat is wijsheid en wordt het met de auto en hotels/kant en klare kampeerplekken of toch de camper. Alle voors- en tegens hebben we tegen elkaar afgewogen, veel gesprekken zijn gevoerd, slapeloze nachten heb ik ervan gehad en uiteindelijk ervoor gekozen om toch te gaan met de auto en ervoor te zorgen dat we aan het begin en het einde van de reis een aantal dagen in een huis zitten, onderweg tenminste 2 dagen op dezelfde plek blijven en op die manier een roadtrip op maat voor ons laten samenstellen. En toen kon de voorpret echt beginnen. De route was rond, we weten wat we ongeveer willen gaan bekijken, maar de invulling zien we gaandeweg of ter plekke wel. We hebben er zin in en alle beren op de weg die ik ondertussen had gezien, zijn naar de achtergrond verdreven. We gaan er een mooie, onvergetelijke reis van maken. We hebben met van alles rekening gehouden, ook met het feit dat de vakantie mogelijk niet door kon gaan, omdat onze jongste misschien toch eerder geopereerd zou moeten worden aan zijn rug, maar met de reden waarom we nu onze reis hebben geannuleerd, hadden we geen rekening gehouden. Wie had dit ook kunnen voorzien!

Opnieuw hebben we zitten wikken en wegen; Afwachten? Omboeken? Annuleren? Wat moeten we? Wat is wijsheid? Willen we wel afwachten tot het reisbureau aangeeft of we wel/niet kunnen. Ontwikkelingen gaan snel, stel dat we ineens wel kunnen, willen wij dat wel in deze tijd met onze kwetsbare zoon? En dan moet er ook ineens nog van alles geregeld!
Na 2 weken wikken en wegen hebben we de knoop doorgehakt, we gaan het niet afwachten, we verwachten niet dat het kan doorgaan/dat het al verstandig is om met zoveel mensen in het vliegtuig te stappen. We annuleren onze reis. Opluchting, maar ook teleurstelling. Onze droom om ons 25-jarig huwelijk met het gezin in San Francisco te vieren, gaat niet door.
Maar ach we zijn niet de enigen die hun plannen voor dit jaar zien veranderen en het is natuurlijk ook een luxe probleem. Wat belangrijk is, is dat we gezond zijn en blijven en de rest zien we later wel weer. 2020 gaat nu al de boeken in als een bijzonder jaar, maar op een andere manier bijzonder dan ik op 1 januari had gedacht. Deze vakantie blijven we thuis en genieten we van onze eigen tuin en gezellige tuinkamer!route IMG_20200601_122855980

Stil verdriet

049       20180418_203646 bewerkt       20190223_145642

Het is nog licht buiten als ik van het werk naar huis rijdt. Voor me een bijna volle maan, in mijn linker buitenspiegel zie ik een geel/oranje bal langzaam onder gaan. De lucht kleurt blauw/wit en aan de horizon lichtroze. Dit wordt een mooie rit naar huis. Langzaam kan ik alle drukte en stress van deze week even achter me laten. Weekend! 😊 Met een flinke storm voor de boeg, maar hopelijk nog een dag mooi droog weer. Ik verlang naar de zee, even lekker uitwaaien en mijn gedachten uit zetten. Al een paar weken voel ik het weer kriebelen, maar het komt er maar niet van. Zal het dit weekend lukken? Of komen er weer allemaal andere verplichtingen tussendoor? Gezien ik op tijd ben, heb ik nog even tijd om langs mijn ouders te rijden, voordat ik naar huis ga. Even gezellig bijkletsen.
Als de zon eenmaal onder is, valt de mooie lucht me vandaag helaas wat tegen, toch geniet ik van deze rit, ik rijd tot aan mijn ouders nog helemaal bij licht.

Deze zaterdag heeft Sylvain een toernooitje in Leeuwarden. Eindelijk weer een keer voetballen, in plaats van alleen maar trainen, zoals hij het zelf zegt. We moeten dus nog een dag vroeg op en voor Sylvain is het vroeger, dan op een normale werkdag voor hem. Dat valt toch altijd even tegen. ‘Waarom moet ik nu al opstaan’, is het commentaar wat ik krijg als ik hem wakker maak. Hij heeft even tijd nodig om te ontwaken, dit gaat niet altijd zonder slag of stoot, maar eenmaal echt wakker en wetende dat hij gaat voetballen, is het wel weer oké. Nu is het echter wel opschieten geblazen. Snel omkleden, tas pakken en wat drinken. Ontbijten doen we wel in de auto. Ik heb mijn dikke jas en wandelschoenen achterin de auto gelegd, wie weet zijn ze op tijd klaar en kunnen we nog even doorrijden naar Callantsoog. Het is schitterend weer. Een mooie blauwe lucht met hier en daar wat strepen wit, nog niet echt wind te bekennen. Het is echt stilte voor de storm!
Als we bijna bij de voetbalvelden en de daarbij behorende zaal zijn, weet Sylvain wat wij bedoelen met Leeuwarden. Hier is hij wel vaker geweest, alleen dan op het veld. De zaal vindt hij meestal wat minder leuk, gezien de bal dan te snel heen en weer gaat. Nu echter merk ik hier niet zoveel van. Hij doet lekker mee, is wel met name voor in het veld te vinden op de loer naar een kans om te scoren. Helaas willen meer kinderen in zijn team dit graag en vergeten ze om te verdedigen, waardoor ze algauw achter staan. Dit mag de pret echter niet drukken. Ze genieten lekker van het spelletje. Als de andere teams aan de beurt zijn, zitten de kinderen bij de ouders op de tribune. Zoals gewoonlijk zit Sylvain niet bij ons, maar gaat hij gewoon bij andere kinderen en hun ouders zitten. Vlak voordat de volgende wedstrijd begint loopt Sylvain naar de wc, geen besef van tijd en dat het handiger was geweest om iets eerder te gaan. Een ander jongetje zeg hier nog wat over tegen Sylvain, maar het zegt hem niks. Als hij bij de volgende wedstrijd weer net voor de wedstrijd naar de wc loopt, terugkomt en vervolgens weer heen loopt, weet ik dat er wat mis is. Snel loop ik achter hem aan en zie het al aan zijn broekje. Hij heeft een ongelukje gehad. Er is gelukkig nog een nieuw sportbroekje, maar als deze even later ook al een beetje vies is en ik zeg dat hij beter zijn trainingsbroek (zwart in plaats van wit) aan kan doen, is het mis. Meneer wil niet in zijn trainingsbroek, want dan lachen ze hem uit. Ik denk eerder dat ze hem uitlachen als ze zien dat hij het in zijn broek gedaan heeft, dit wil ik hem besparen. Dit snapt hij echter niet. Terwijl hij nog op de invalidentoilet zit (daar maken we tegenwoordig maar gebruik van, gezien het niet meer lukt om samen met hem in zo’n krap normaal hokje te proberen zijn broek te verwisselen) wordt hij heel boos en slaat tegen de toiletrolhouder. Ik weet dat het geen nut heeft om ook boos te worden, maar soms lukt het niet. Waarom begrijpt hij niet wat ik bedoel, waarom snapt hij niet dat ik niet boos wordt omdat hij een ongelukje heeft, maar wel op de manier waarop hij hierop reageert en daarnaast merk ik bij mezelf ook dat ik baal, dat de boel weer de soep in loopt. Ik had zo’n zin om nog even naar het strand te gaan, heb het voor mijn gevoel ook gewoon nodig om even uit te waaien, even gezellig iets leuks te doen. We zijn toch al vroeg op en al een beetje in de buurt, maar dit was de laatste schone onderbroek die we bij ons hebben. Daarnaast heeft meneer duidelijk last van zijn buik, dus kan ik het hem niet aandoen om nog mee te gaan naar het strand. Ik ben niet alleen boos om zijn reactie, maar merk dat ik daarnaast gewoon heel erg baal, dat ik weer mijn eigen plannen in de ijskast moet plaatsen en dat het verstandiger is om terug te gaan naar huis. Meneer wil niet in zijn trainingsbroek, we worstelen nog even met het korte broekje, maar uiteindelijk luistert hij gelukkig wel. Hij wil echter niet in zijn trainingsbroek verder spelen: ‘Gaan ze maar lekker zonder mij verder’, roept hij uit terwijl hij met deuren slaat. Voor ons is de maat vol. We gaan maar weg, het heeft geen zin meer om zo nog te blijven en eerlijk gezegd heb ik, geen zin in scenes op de tribune. We pakken daarom onze spullen, melden dat we er vandoor gaan en rijden richting huis. Alle drie boos en gefrustreerd over de manier hoe dit weer eindigt. Gisteren had mijn man het ook al te stellen gehad met hem en op zijn werk was het al even goed mis geweest. Zijn begeleider was ook flink boos geworden. Wat is er aan de hand? Zit hij niet lekker in zijn vel, is het de laatste tijd wat te druk geweest, is dit puur pubergedrag of frustratie dat dingen niet gaan zoals hij graag wil, begint hij weer ziek te worden? Het is soms zo moeilijk te achterhalen waardoor hij in onze ogen uit het niets zo kan exploderen, zo ontzetten dwars kan zijn en  ineens weer meer last van ongelukjes heeft of gewoon de tijd niet neemt om naar de wc te gaan.
Elk met onze eigen gedachten zitten we in de auto. Zwaar teleurgesteld.
Ik baal ervan dat we nu naar huis rijden en niet lekker nog even naar het strand gaan. Ik baal ervan dat we in ons leven nog steeds zoveel rekening moeten houden met onze grote volwassen jongen, die nog zoveel zorg nodig heeft. Ik durf het bijna niet te zeggen, maar ik wil zo graag weer eens gewoon doen waar ik zin in heb, zonder altijd rekening te moeten houden met… Is dat egoïstisch?
Ik weet dat hij ook baalt dat het zo afloopt. Hij was zo lekker aan het voetballen. Had het gezellig met zijn vrienden, neemt dan waarschijnlijk niet de tijd om even rustig op de wc te zitten en kan de gevolgen niet overzien. Zijn overtrokken reactie is onmacht. Ik weet het, maar soms kan ik er even niet tegen.

20200208_102012 bewerkt         20200209_121144         20200209_153052

Helaas dus geen strand voor mij dit weekend. De zondag staat in het teken van storm Ciara. Ik weet niet of er nu meer aandacht voor is, nu het de eerste storm in ons land is met een naam of dat er echt een flinke storm aankomt. Ik durf het er niet op te wagen vandaag naar het strand te gaan. Niet zozeer omdat ik niet op het strand durf te lopen, maar ik denk dat de reis erheen en vooral terug, niet verstandig is. Doordat we gisteren toch een groot deel van de dag van huis zijn geweest, ligt er thuis ook nog wel het één en ander wat moet gebeuren, dus de tijd is er ook niet voor.
Om toch nog een beetje een strandgevoel te hebben en lekker uit te waaien, ga ik aan het einde van de middag nog even aan de wandel en neem genoegen met ons surrogaatstrand van het meer dicht bij huis. De wind steekt al behoorlijk de kop op. Op het water daardoor ook golven, dus een beetje strandgevoel heb ik wel. Helaas begint het eerder te regenen dan de buienradar voorspelde en ben ik helemaal doorweekt, maar ik heb wel even lekker uit kunnen waaien. Dat strand, dat komt een andere keer wel.

Een witte kerst en mijmeringen …

DSC04097      DSC04120      DSC04121

Terwijl ik stilletjes de trap af loop, de rest van de familie ligt nog op één oor, bedenk ik dat ik even lekker lui op de bank ga liggen lezen. Nu kan het nog. Maar als ik de gang beneden inkom, lijkt het een stuk lichter dan de voorgaande dagen, door de met melkglas beklede ramen van de voordeur. Opgewonden loop ik naar de keuken en trek snel het rolgordijn naar boven. En wat ik daar zie maakt me blij, we hebben toch een witte kerst. Wie had dat nu gedacht na de hoge temperaturen van de afgelopen dagen, of eigenlijk weken. Het is helemaal nog niet koud geweest. Ik trek vervolgens ook de gordijnen aan de kant van de woonkamer open en zie een dun laagje ijsachtige sneeuw op de tuintafel, met sneeuw bedekte daken en een zonnetje wat stralend door de nog wat nevelige lucht naar me lacht.
Niks op de bank hangen en lezen. Ik wil naar buiten. De merel en koolmeesjes, die weten dat ze bij ons in de tuin gevoerd worden, vliegen af en aan. Ik zal maar snel wat eten voor ze in de tuin leggen, vervolgens kleed ik me om en binnen tien minuten loop ik, zonder te hebben ontbeten, met de hond buiten. Het is niet echt koud, het is lekker, wat ziet de wereld er anders uit dan de afgelopen dagen, niet somber en donker, maar stalend en wit.
Het is nog rustig buiten. Op de weg zie ik al wel de eerste auto’s, waarin families op weg naar hun kerstverplichtingen, glibberend hun weg vinden. Gestrooid is er volgens mij nog niet.
Samen met Pepper en vergezeld met mijn fototoestel, ga ik op pad. Mijn favoriete rondje lopen en genieten van de stilte, maar vooral de mooie aanblik om me heen, die ik zo goed mogelijk probeer vast te leggen. Terwijl ik hier zo alleen loop te genieten, gaan mijn gedachten terug naar de afgelopen maand. Wat een maand is het geweest, een drukke maand op allerlei vlakken, zonder dat ik me maar bezig heb gehouden met de feestdagen. Daar had ik geen aandacht voor.

Het begint op het moment dat ik ineens vier vacatures voor diëtist zie. Het besef dat ik me volgend jaar moet herregistreren in het kwaliteitsregister, maar dit niet kan omdat ik niet voldoende punten en werkervaring heb in de afgelopen vijf jaar. De teleurstelling na het eerste sollicitatiegesprek, waarbij ik het gevoel had dat met name het feit dat ik volgend jaar niet meer geregistreerd sta, mij mede de das om heeft gedaan. Als ik nog als diëtist aan het werk wil, zal ik hier nu toch zeker iets mee moeten gaan doen. Waarom heb ik me dit niet eerder beseft?
Ik schrijf me in voor (bij)scholingen, doe thuis e-learnings en krijg hierbij hulp van een aantal lieve oud collega’s die me op scholingen wijzen en me linkjes sturen naar e-learnings, verdiep me in wat te doen als ik me aan wil melden als herintreder en heb intussen een tweede sollicitatiegesprek voor een functie van diëtist, dit keer in verband met zwangerschapsvervanging.
Op Sinterklaasmiddag, net voordat we het huis vol hebben om Sinterklaas te vieren, krijg ik te horen dat ze er nog niet uit zijn, wie het zwangerschapsverlof kan gaan vervangen. Er is twijfel. Eén kandidaat is afgevallen, maar het gaat nog tussen mij en een andere kandidaat. Uit het verhaal maak ik op dat de ander toch lichte voorkeur heeft, maar gezien het feit dat ze nog maar een beginnend diëtist is, willen ze eerst nog wat van haar zien. Een paar dagen later, zie ik via een nichtje ook een leuke vacature. Ik heb het hier uitgebreid met haar over en wordt steeds enthousiaster. Ik wil echter toch nog even afwachten wat de uitslag is van de zwangerschapsvervanging. Op het moment dat ik krijg te horen, dat de keus niet op mij is gevallen, is de teleurstelling groot. Ze willen me, als ik dat wil, wel graag in portefeuille houden, om eventueel als invaller in te kunnen zetten.  Ik stuur direct mijn nichtje een bericht dat ik wel voor die ander baan wil gaan en stort me ondertussen op het project waar ik tussen alle bedrijven door mee bezig ben om mijn aandacht even af te leiden van de teleurstellingen, het fotoboek met de teksten van al onze weekenden weg samen met mijn moeder en zusje. Het schrijven van mijn plan voor de aanvraag van herintreder, laat ik maar even voor wat het is. Hier heb ik nog wel even tijd voor, dit hoeft nu pas voor 1 april af te zijn.
’s Avonds volgt de tweede teleurstelling, ook de andere baan wordt niks. Er mag nog geen vacature uit. Op één dag horen dat je niet binnenkort aan het werk kan, valt niet mee. Ik merk dat ik er toch in mijn achterhoofd rekening mee gehouden had dat ik eindelijk weer aan het werk zou kunnen. Wat nu? Heb ik me de laatste weken zo met enthousiasme op van alles gestort, ineens voelt het alsof alles voor niks is geweest. Dit is natuurlijk niet zo, dat weet ik ook wel, maar toch. Ineens lijken de donkere dagen voor kerst echt donker …
Ik stort me helemaal op het fotoboek wat ik wil maken. De afgelopen weken, heb ik met hulp van mijn vader en zusje zo veel mogelijk foto’s terug gevonden van al onze weekendjes weg. Alle tekst uit de schriften heb ik inmiddels overgetypt en kan ik nu zo overzetten in een fotoboek. Hier ga ik maar mee aan de slag. Kan ik mijn moeder nog een mooi kerstcadeau geven, als het me nog lukt om het op tijd af te hebben. Als het dan eindelijk bijna af is, het is inmiddels de vrijdag voor kerst, krijg ik een mailtje van mijn adviseur PGB, dat er papieren van mij per ongeluk bij haar collega zijn terecht gekomen en hier al een paar weken liggen. Ze stuurt ze me nu via de mail en ik krijg ze nog over de post. Voor de kerstdagen moet ik nog zorgen dat ik voor alle zorgverleners van Sylvain een zorgbeschrijving aan lever bij het zorgkantoor. Tjee, dat is kort dag. Hoe ga ik dat zo snel nog voor elkaar krijgen. Ik maak een afspraak met haar om het één en ander door te nemen, omdat ik even niet weet hoe ik dit allemaal nog zo snel voor elkaar krijg, wat moet er precies in staan? Hoe kan ik dit het beste omschrijven? Terwijl ik net met haar hierover in gesprek ben, gaat de telefoon. Of ik nog bereid ben om in te vallen. Ik ben even van mijn apropos, maar zeg ‘ja’ met de mededeling dat ik later even terugbel, omdat ik net in gesprek ben. Ik denk dat het gaat om ‘een spreekuur waarnemen’. Als ik later terug bel, blijkt dat ze me toch graag zouden willen hebben in verband met de zwangerschapsvervanging. Dit had ik niet verwacht. Ik slik mijn gekrenkte trots weg en zeg dat ik graag de zwangerschapsvervanging wil doen. Eigenlijk ben ik helemaal beduusd, maar dit gaat al gauw over in blijdschap …

Terwijl ik loop te genieten van het mooie weer, het mooie landschap om me heen, de rust en stilte met af en toe het geluid van slippende banden op de achtergrond, laat ik dit alles nog eens de revue passeren. Wat een rare tijd is het geweest. De zorgbeschrijvingen heb ik nog niet helemaal af, omdat ik niet alle zorgverleners op tijd nog kon bereiken. Gelukkig krijg ik van het zorgkantoor nog wat uitstel, zodat ik het na de kerstvakantie in orde kan maken. Inmiddels ben ik een beetje ingewerkt, het voelde als thuiskomen na drie jaar niet als diëtist te hebben gewerkt. Ik denk dat ik het ook zo wel weer op kan pakken, al moet ik wel even wennen aan het nieuwe systeem en zal ik me moeten verdiepen in de veranderingen van de laatste jaren. Maar met hulp en begeleiding komt dit vast wel goed. Ik heb in het nieuwe jaar in elk geval voor vier maanden werk en zelfs weer in mijn oude functie. Wie weet wat er daarna op mijn pad komt …
Nu ga ik lekker genieten van deze witte tweede kerstdag, ook dit is een aangename verrassing!

DSC04129

Teleurstelling; hoe ga je hiermee om?

DSC03984      DSC03985      DSC03987

Terug uit Berlijn, zijn daar ineens vier vacatures voor een diëtist. Eén had ik via via in Berlijn al ontvangen, de anderen kreeg of zag ik zondagavond. Voor één van de vacatures had ik nog maar weinig tijd, de termijn van reageren verliep de volgende dag.Die ochtend heb ik direct contact gezocht met degene die vermeld stond op de vacature. De vacature sprak me al aan, maar de diëtist die ik kreeg te spreken, maakte me alleen maar enthousiaster. De brief en mijn CV heb ik daarna direct gemaakt en wat me normaal gesproken niet lukt, lukte me nu wel. Dezelfde dag waren ze klaar en verstuurd en op vrijdag kreeg ik de uitnodiging voor een gesprek. Helemaal blij, ben ik me gaan verdiepen in het bedrijf, op zoek gegaan naar informatie over de mensen die er werken, heb ik me voorbereid op het gesprek en dinsdag was het dan zover. Door een stomme fout bij het intoetsen van de Tom Tom de vorige avond, ik had nr. 37 ingetoetst in plaats van 97, kwam ik er bij het wegrijden achter dat ik te laat was vertrokken terwijl ik dacht een kwartier speling te hebben. Naar 37 op hetzelfde adres was het 46 minuten rijden,  naar 97  1 uur en een minuut. Normaal zou ik in paniek raken, maar gek genoeg bleef ik rustig en ben die kant op gereden. Het zonnetje scheen me bemoedigend toe, de omstandigheden voelden goed en om precies 11.35 uur, de tijd van mijn afspraak, stapte ik het verpleeghuis binnen. Ik had nog rustig de tijd om in de hal te zitten wachten, want het liep een beetje uit. Gelukkig dat ik nog even kon wachten, nu kon ik de sfeer proeven van het ‘huis’. Het was druk in de hal. Rolstoelpatiënten reden af en aan, personeel verplaatste zich van de ene kant van het gebouw naar de andere kant of andersom. Heerlijk, om zo nog even te voelen aan de eventuele nieuwe werkplek. Het voelde goed, de zenuwen begonnen inmiddels wel wat parten te spelen, maar dat is een goed teken en uiteindelijk, ruim 20 minuten later was het mijn beurt. Ik was de laatste; uit zevenenveertig kandidaten hadden ze vijf uitgenodigd voor gesprek, waaronder mij dus. Het gesprek liep vlot, ik voelde me niet overvallen door de vragen die ik kreeg, kon overal op antwoorden, maar proefde op een gegeven moment toch twijfel. De reden leek mij het feit dat ik al een tijd niet meer als diëtist gewerkt had (wat overigens al in mijn CV te lezen was). Diezelfde dag zou ik antwoord krijgen, winkelen in Emmen zoals ik van te voren had bedacht, had ik nu geen rust voor. Thuis wist ik ook niet wat te doen. In de auto had ik allerlei redenen bedacht, waarom ze mij niet zouden nemen, maar er kwamen ook steeds meer redenen naar voren bij het terughalen van de vragen en de antwoorden die ik daarop had gegeven, dat ze juist wel voor mij zouden kiezen en dit kreeg toch wel de overhand. Het gevoel dat het nu eindelijk eens zou lukken, begon steeds groter te worden en heel even, toen om half 3 de telefoon ging, dacht ik dat nog steeds, maar helaas mijn droom viel al gauw in duigen. Er werden een paar zaken aangehaald, waarbij ik voor de derde keer te horen kreeg dat ik de pech heb dat er zulke goede kandidaten bij zaten, het feit dat ik al een tijd niet meer als diëtist heb gewerkt, speelde ook een belangrijke rol (waarom ze me dan toch hebben uitgenodigd voor een gesprek, vraag ik me achteraf wel af) maar de keuze is niet op mij gevallen.

De teleurstelling is groot, mijn gevoel van verslagenheid overheerst en ik weet even niet hoe ik hiermee om moet gaan. Ik kan nu een zak chips pakken of een reep chocolade om mijn frustratie weg te eten, dit speelt wel even door mijn hoofd. Ik kan de stad in gaan en een heleboel geld uitgeven als troost. Sporten was misschien ook een goede manier geweest om even alle frustratie kwijt te raken en alles op een rijtje te zetten, maar helaas speelt ook mijn knie me parten na het vele wandelen in Berlijn. Gelukkig heb ik nog een andere uitlaatklep. Ik hou van mooie dingen, zoals elke vrouw dat denk ik wel heeft. Ik ben niet zo’n vrouw die tientallen paren schoenen in de kast heeft liggen of de wereld aan tassen, al denkt mijn man hier waarschijnlijk anders over. Nee, ik heb een zwak voor mooie schriften, schrijfboekjes, pennen, papier met leuke motieven, etc.  en laat ik nou net al een hele tijd een idee in mijn hoofd hebben om te kijken of ik zelf van die leuke notitieblaadjes kan maken voor mijn agenda. Elk jaar koop ik een nieuwe organizervulling voor mijn agenda. Niet zo’n saaie vulling met alleen maar witte blaadjes, maar ik ben fan van de agendavulling van Marjolein Bastin. Elk jaar zitten hier ook leuke notitieblaadjes bij, maar in mijn ogen veel te weinig. Daar heb ik toch niet genoeg aan in een heel jaar. Je kunt wel apart notitieblaadjes kopen, maar ook alleen van die saaie witte of crèmekleurige, daar vind ik niets aan. Het zit dus al heel lang in mijn hoofd om zelf iets te maken, maar ik heb er nog niet de rust en tijd voor gevonden. Nu sta ik mezelf toe om hiermee aan de slag te gaan. Ik doe dit in Word’’, misschien niet het meest handige programma voor dit soort zaken, maar ik weet niet wat voor programma ik hier anders voor zou kunnen gebruiken.
Ik probeer daarom eerst een format te maken met de juiste maten, zodat ik hier later met behulp van foto’s, tekstvakken, etc, wat leuks in kan maken. Heerlijk, om zo creatief bezig te zijn. Daar kan ik me helemaal in verliezen en uiteindelijk lukt het om mijn eerste uitprobeersels uit te printen.
Dan komt het lastigste. Ik ben niet zo goed in logisch nadenken. Ik wil natuurlijk een voor- en achterkant. Als ik hier hetzelfde ontwerp voor neem en ik print het uit, dan komt de achterkant er op de kop uit. Hoe zorg ik er nu voor dat de achterkant precies andersom geprint wordt en ook nog precies op de zelfde plek als op de voorkant? Met veel puzzelen, vele misdrukken en vele uren (zeg maar twee dagen),  is het me gelukt. Maar wat schetst mijn verbazing? Op de voorkant krijg ik witte randen en op de achterkant print hij het zonder randen. Hoe kan dit? Ik heb van alles geprobeerd, maar het is me nog niet gelukt om hier achter te komen. Als iemand het weet, hoor ik het graag.

Het concept is af, nog lang niet zoals ik het eigenlijk hebben wil, maar ik heb een serie eigen leuke notitieblaadjes en een format wat ik kan gebruiken om nieuwe blaadjes in te maken. Ik ben nog lang niet tevreden, maar ik heb mijn doel bereikt. Ik heb de teleurstelling van me af kunnen laten glijden, zonder me te verliezen in buitensporig eten, wegkwijnen op de bank, koopziekte of what else. Vol frisse moed ga ik weer verder met solliciteren en het perfectioneren van mijn notitieblaadjes dat komt later wel een keer, als ik het weer nodig heb om mijn zinnen te verzetten …

En dan komt er een einde aan de ‘schoolcarrière’ van onze jongste zoon

sinterklaas 2005 035 verkleind      DSC02669      DSC02340

Met een brok in mijn keel laat ik je in de taxi stappen. Naar school, hoe zal het vandaag gaan? Het voelt niet meer fijn om je naar deze school te laten gaan. Wat zal er vandaag weer gebeuren? Hoe vaak zal je naar de achterwacht gaan? Wat gaat er toch mis. Zelf ga je nog wel met plezier naar school, alhoewel ik daar toch ook aan begin te twijfelen. Je boze buien, je opstandigheid en je plotselinge huilbuien waarin je dingen zegt, die niet kloppen, maar waar wel een kern van waarheid in zit. We hebben er helemaal geen vertrouwen meer in, maar thuishouden is ook geen optie. Je zult niet snappen waarom je niet naar school mag. Thuis vind je het wel fijn, maar hele dagen achter elkaar gaat toch vervelen en waarom zijn alle buurkinderen wel naar school? Ik zit in de trein richting Den Haag. Vindt het onder deze omstandigheden moeilijk om zover weg te zijn …

Vanaf oktober zijn we al in gesprek met school. In eerste instantie om te kijken hoe ze ervoor kunnen zorgen dat jij beter de dag door komt. Door te zorgen voor rustpunten, andere bezigheden, meer praktisch gericht, want het lange stilzitten dat kun je niet. Er worden wel dingen gedaan, maar de vraag is zo langzamerhand of dit het wel is. Wij hebben heel sterk het gevoel dat de leerkrachten die nu op je groep zitten, niet geschikt zijn voor deze groep kinderen en niet weten hoe ze je moeten benaderen, met je om moeten gaan. Dit leidt alleen maar tot meer frustratie en boze buien bij jou.
In januari word ik tijdens het werk gebeld, de school wil toch echt met ons spreken en wel zo snel mogelijk. De orthopedagoge benaderd ons. Ze maakt zich zorgen om jou, heeft het gevoel dat je je niet meer veilig voelt op school, herhaaldelijk wordt je naar de achterwacht gebracht en het begroot haar om jou soms zo hartverscheurend te zien huilen.
Wij hopen in eerste instantie nog dat je naar een andere klas kan, dit zou naar ons idee voor het moment de oplossing zijn, maar helaas is dat niet mogelijk. We hebben steeds minder vertrouwen in de school en op hun aanraden en ook omdat wij het gevoel hebben, dat dit misschien wel beter is, gaan wij op zoek naar een andere plek voor jou.

In eerste instantie gaan we naar een plek voor dagbesteding, opgezet door een oud-medewerker van de school, die jou goed kent. De ruimte waar ze zit is prettig, maar wel erg stil. Op dat moment is er maar één kind aanwezig. De rest van de week zullen dit gemiddeld 2-3 zijn, maar dit wordt wel iets meer (hoopt ze) en met jou erbij zijn het er 3-4. Zij denkt dat het een goede plek voor je is. Wij vinden de plek prima, maar zijn bang dat dit voor jou toch te eenzaam is. Je hebt meer gezelligheid om je heen nodig, ook al zijn dit ook meer prikkels. Wij zien je hier toch niet echt gelukkig worden.
We gaan vervolgens naar een KDC, een plek waar we jaren geleden ook al eens een kijkje hebben genomen, maar wat we op dat moment nog niet echt bij je vonden passen. Nu zijn we wel enthousiast over deze plek, de ideeën, de kinderen die er zitten, maar of dit het helemaal is, is nog niet geheel duidelijk. We besluiten daarom nog een KDC te bezoeken, welke in eerste instantie niet direct onze aandacht had. Hier aangekomen, voelt de omgeving direct heel goed aan. Er zijn veel mogelijkheden hier, voor het doorstromen naarmate je ouder bent, je kunt hier eventueel logeren en/of later wonen. We kunnen ons helemaal vinden in de visie van dit KDC, er is echter één maar … de kinderen en volwassenen die hier zitten zijn qua niveau, in onze ogen, nog een stuk lager dan jij.  Zal je hier wel aansluiting vinden? Zal je je hier thuis voelen? Dit maakt de keuze heel moeilijk voor ons. Het andere KDC voelde ook goed, maar qua ruimte, mogelijkheden en visie voelt dit misschien wel beter, alleen de kinderen op het andere KDC zijn meer van jouw niveau, daar zal je je waarschijnlijk beter tussen voelen en aansluiting vinden. Een moeilijk keuze, maar we kiezen uiteindelijk voor  het andere KDC.
Gelukkig zijn ze er hier na het intake gesprek al snel uit,  jij past prima bij hun en bij de groep kinderen die er nu zit en er is al gauw een plekje voor je. Een aantal weken later krijgen we ook de vrijstelling voor school, alles is nu dus bijna rond, alleen is het wachten nog op de indicatie. Dit gaat ongeveer zes weken duren.
Ondertussen horen wij steeds minder leuke verhalen vanuit school, of van mensen die op wat voor manier dan ook met school te maken hebben. Het baart ons zorgen, we gaan opnieuw in gesprek over iets waar wij helemaal niet blij mee zijn om te horen, maar het wordt glashard ontkent.
Steeds meer moeite heb ik om je naar school te laten gaan. Ik overweeg om je thuis te laten, maar doe ik je daar een plezier mee? Snap je dat?

En dan komt het verlossende telefoontje. De indicatie zal die dag nog in orde gemaakt worden. Wij als ouders besluiten dat we je zo snel mogelijk over willen plaatsen naar het KDC, niet wachten tot de vakantie of na de vakantie ook al is het nog maar drie weken tot de vakantie. Nog voordat we de indicatie in huis hebben bellen we het KDC om af te spreken, dat als het helemaal rond is, jij de volgende week daar al zult starten. We hebben die ochtend een rondleiding gehad op een eventuele nieuwe locatie waar jij met je groep naar toe gaat. Eerst als proef en hopelijk bevalt dit goed. We ontmoeten hier ook andere ouders van kinderen uit je nieuwe groep en hebben het gevoel in een warm bad terecht te komen. Hoe er hier met ouders omgegaan wordt en er inspraak wordt gegeven aan ouders, dit kennen wij helemaal niet …
Op school geef ik aan dat het waarschijnlijk je laatste week is, juf vindt dit wel snel gaan. Jou vertellen we, met het oog op het komende schoolreisje, nog even niks. Dit is al spannend genoeg. Vrijdag zal je afscheid nemen, je diploma ontvangen en dan maandag op het KDC starten. Ik hoop dat we er voor jou goed aan doen …

Geschreven op dinsdag 17 juni, de dag dat we de indicatie in de bus kregen.

 

Dubbel gevoel

Het zat er al aan te komen, alhoewel ik het toch nog wel plotseling vind. Zo links en rechts heb ik al velen zien gaan en ook vele nieuwe gezichten zien komen, maar als het dan jezelf betreft, is het toch wel zuur.

Anderhalf jaar heb ik ‘thuis’ gezeten. Elke week opnieuw solliciteren. Op de meeste brieven, kreeg ik alleen maar afwijzingen. Ik was één van de tweehonderd…,  paste niet voldoende in het profiel, of een ander paste beter in het profiel, was meestal de standaarduitleg die ik kreeg. Een aantal keren is het gelukt om op gesprek te komen, tot twee keer toe was er net iemand anders iets meer geschikt dan mij. Daar kon ik het dan mee doen. Of ik nu tiende of tweede keus was, ik had er helemaal niks aan.
Callcenterbanen heb ik vanaf het begin al vele malen voorbij zien komen. Op de één of andere manier trok het me wel, de inhoudt van de functie dan, de verdienste eigenlijk niet. Dit heeft me in eerste instantie ook tegengehouden om hierop te solliciteren en de keer dat ik het wel deed, raadde de medewerker van het uitzendbureau het me af, vanwege de verdienste. Ik had destijds nog de goede hoop, dat het me wel zou lukken om een meer geschiktere baan te vinden, maar na een jaar lang zoeken, solliciteren, bellen, etc. begon de moed me toch wel wat in de schoenen te zakken.
Tot een jaar krijg je van het UWV de kans om een baan te zoeken op je eigen niveau. Daarna moet je alles aanpakken wat op je pad komt, passend werk, noemen ze dat. Nadat ik mijn laatste sollicitatiegesprek heb gehad, voor een functie welke ik echt op mijn lijf geschreven vond, waar ik meer voor heb gedaan dan welke andere functie ook – een symposium bezocht, waarvan ik zag dat deze de volgende dag plaatsvond, daar in de gaten gehouden wie er op de betreffende afdeling werkte en zo met een aantal mensen in gesprek geraakt, voordat ik een uitnodiging voor een gesprek kreeg en waarbij het gesprek op zich ook prima verliep. Zij waren tevreden, maar gaven aan dat ik de pech had dat ze zoveel goede sollicitanten hadden, waarvan er twee meer ervaring in een soortgelijke functie hadden als ik – maar waar ik dus niet ben aangenomen, ben ik me maar gaan oriënteren op callcenterbanen. Daar aan de slag komen is nog niet zo makkelijk. De eerste uitnodiging had ik voor een outbound callcenter. Niet helemaal mijn ding, maar het leek me goed om het hier eerst te proberen. Met een stuk of twaalf man tegelijk kregen we uitleg over het bedrijf en wat er van je wordt verwacht. Voor de pauze werd daarna aangegeven dat we ons na de pauze allemaal stuk voor stuk moesten voorstellen en aangeven waarom je dacht dat jij geschikt was voor deze baan. Verschrikkelijk vond ik dat om me zo  in de groep te moeten presenteren en aangeven waarom juist ik die baan moest krijgen. Het is me daar ook niet gelukt.
Het tweede callcenter waar ik in de procedure kwam,  was een inbound callcenter. Dit past beter bij me. Ik had eerst een gesprek met het uitzendbureau, moest daarna thuis een callcenter test doen, eenmaal hier doorheen volgde een volgend gesprek met een typ test en rollenspel, waar ik goed doorheen kwam, maar daarna volgde nog een gesprek, weer in groepsverband, met de teamleider van het callcenter. Ook hier moest ik aangeven waarom ik dacht geschikt te zijn voor deze functie, dit keer was ik beter voorbereid, maar helaas zag de teamleider het niet in me zitten.
Ik gaf nog niet op, maar probeerde het nog bij een derde callcenter, ook inbound. Na het eerste gesprek met het uitzendbureau, werd ik teruggebeld met de mededeling dat ze het toch niet zagen zitten met me. Ik had helemaal geen ervaring, wist niet wat het werk inhield en het is iets heel anders dan ik gewend was. Ik heb echt moeten praten als Brugman, degene moeten overtuigen dat ik niet na drie maanden huilend bij haar bureau zou staan, omdat het toch niet was wat ik ervan had verwacht en nadat ze overlegd had met een collega belde ze me terug, om aan te geven dat ik verder mocht in de procedure. Ondertussen vroeg ik me wel af wat voor verschrikkelijke baan dit dan zou moeten zijn. Het vervolg van de procedure was weer in groepsverband. We kregen uitleg, een rondleiding en moesten een rollenspel doen. We mochten meeluisteren met een agent, totdat we opgehaald werden voor nog een individueel gesprek en hoorden later die dag de uitslag. En eindelijk was het me gelukt om er door te komen. Wat een procedure, voor een in mijn ogen vrij simpele baan, welke ook nog eens slecht betaald.
Al met al heb ik hier tien maanden gewerkt. De opleiding was leuk en ook het werk vond ik in het begin leuk. Wel veel moeilijker dan ik had gedacht, met alle verschillende systemen en uiteenlopende vragen, maar vooral alle veranderingen die er continue weer plaatsvonden. Voor het eerst werkte ik met een heleboel verschillende collega’s dagelijks samen, iets wat me goed beviel.  Heel wat anders dan ik gewend was en ik werkte nog steeds met en voor klanten. Helaas werden de regels waar aan te voldoen steeds strenger en had ik maanden achtereen, met soms wel een goede maand ertussen, één onvoldoende call. Dit gaf toch wel de nodige stress. Nadat dit weer wat van de baan was, werden voor mij de targets aangescherpt. Of aangescherpt, het was me tot dan toe niet gelukt om de targets voor gesprekstijden en sales te halen en dit moest ik nu toch gaan doen.
Waar ik niet aan heb kunnen wennen is het feit dat ik de klant niet echt zijn verhaal mocht laten doen. Kort aanhoren, samenvatten en vervolgens zo snel mogelijk met een goede oplossing komen om op deze manier het gesprek kort en bondig te houden. Misschien heeft dit wel met mijn eerdere werk te maken, misschien zit het er gewoon niet in, maar het is me niet gelukt de gesprekken in de tijd die ik hiervoor kreeg korter te maken. En salen is denk ik niet echt aan mij besteed.

Deze week kreeg ik te horen dat ze niet verder met me willen gaan. De score voor klantvriendelijkheid is prima, maar het feit dat het me niet is gelukt om mijn gesprekstijden te verkorten en meer te verkopen, hebben doen besluiten om de samenwerking te beëindigen. Aan de ene kant vond ik het werken onder druk al een tijd niet meer prettig en zijn er zaken waar ik me niet echt in kan vinden, maar aan de andere kant zit ik nu wel weer zonder werk. Een dubbel gevoel, het was niet helemaal mijn baan, maar wat moet ik nu? Het is raar om ineens mijn collega’s niet meer te zien.
Ik heb wel gelijk gehad, ik ben niet met hangende pootjes bij het uitzendbureau gekomen, om te zeggen dat deze baan niks voor mij is. Ik heb het toch nog tien maanden volgehouden en dat lukt lang niet iedereen.

Gevoel van onmacht; verkeerde keuze of gevolg van de bezuinigingen …

Wat kunnen sommige dingen soms hard binnen komen. Ook al heb je het min of meer wel zien aankomen, het gevoel gehad dat er een soort complot is opgesteld, als het dan daadwerkelijk wordt medegedeeld voelt het als een mes in je rug.
Sylvain heeft steeds moeilijke periodes gehad op school. Dit begon al in zijn tweede schooljaar. De klik was er niet met deze juf, die in het begin teveel heeft toegegeven. Er zijn ook jaren geweest waarin het heel goed ging. Dan was er wel een klik met de juf, maakte hij grote vorderingen en voelde het voor ons goed. Toch zijn er altijd twijfels geweest. Hebben we wel de juiste keuze gemaakt qua school? Is ons kind wel geschikt voor school? Of hadden we toch voor het KDC moeten kiezen? Keuzes maken is moeilijk. Ik denk dat een ieder dit wel herkent. Een keuze maken voor een kind dat anders is en waarvan je de gebruiksaanwijzing niet volledig kent en waarschijnlijk ook nooit volledig zult kennen is nog veel moeilijker.
Ik zit hier nu met een brok in mijn keel. Ik weet wat me te doen staat en weet ook dat dit het beste is voor mijn kind. Toch biggelen de tranen me over de wangen en moet ik het echt een plekje gaan geven.

Na twee hele goede jaren op school, waarbij Sylvain in een klas zat met kinderen van een hoger niveau, bij een lerares die hem volledig aanvoelde, is er veel gebeurd in de organisatie van de school. Bezuinigingen, maar ook een ander beleid, waarbij gekozen werd voor groepssamenstellingen op basis van niveau en niet meer op leeftijd, is Sylvain in eerste instantie in een kleinere groep terecht gekomen met vrij moeilijke leerlingen bij elkaar en een leerkracht die dit niet aan kon. Er is dat jaar van alles mis gegaan en school heeft achteraf toegegeven dat dit alles niet zo had uitgepakt als ze hadden gehoopt en dat het  geen goede keuze is geweest. Een vervelend en naar ons idee ook verloren jaar, welke de laatste maanden goed is opgevangen door een aantal invallers, die de rust weer terug hebben gekregen in de groep.
Er is veel moeite gedaan om Sylvain daarna in een voor hem goede groep te plaatsen en dit is naar onze mening goed gelukt. Een vrij rustig jaar, waarbij er heus ook wel de nodige dingen niet helemaal goed gingen. Waarin Sylvain ook boze buien had, maar ze waren nog goed hanteerbaar.
Tot onze verbazing werd Sylvain het jaar erop toch in een andere groep geplaatst, welke volgens school beter bij hem aan zou sluiten, meer stabiliteit zou geven. Ik begon me toen al af te vragen of hij niet gewoon naar een andere klas gezet werd, omdat de leerkrachten hem niet langer dan een jaar kunnen handelen. In deze tijd begon er grote onrust in de school. Door bezuinigingen kwamen er veel personeelsleden op de lijst van ‘overbodigen’ te staan, vooral assistenten. Aan de ene kant kwamen er steeds meer administratieve taken vanuit de arbeidsinspectie, maar de extra handen werden wegbezuinigd.
De klas die Sylvain meer rust en structuur moest gaan bieden, deed dit helemaal niet. In dit jaar gingen zowel een leerkracht als een assistent (die deze groep gelukkig nog wel kon behouden) met zwangerschapsverlof en de andere leerkracht werd ziek. Waarop één vaste leerkracht het tijdelijk over kwam nemen, maar de assistent werd steeds weer vervangen door een andere. Onrust ten top dus. Met al deze onrust is Sylvain er naar ons idee nog redelijk doorheen gekomen en het volgende jaar is ervoor gekozen om hem op 12 –jarige leeftijd toch maar door te laten stromen naar de VSO. Helaas niet naar de klas waar we hem het liefst zouden zien, maar ach misschien zou dit ook wel een goede groep voor hem zijn. Minder cognitieve vakken en meer praktisch onderwijs, dat zou hem goed doen dachten we.

Vanaf het begin van dit schooljaar gaat het allemaal echter niet zo lekker. Een van de vaste leerkrachten is in eerste instantie nog met zwangerschapsverlof en er is dus een vervanger. Een vervanger die niet onder stoelen en banken schuift dat ze blij is er niet meer te zijn als de ‘moeilijke dagen’ (Sint Maarten, Sinterklaas, Kerst) eraan komen. De andere juf heeft Sylvain al eerder gehad en daar heeft hij niet echt een klik mee. De assistent die er in eerste instantie vier dagen zou zijn, blijkt er uiteindelijk maar drie dagen te zijn en op woensdags is er helemaal geen assistent meer aanwezig.
Daar het niet lekker loopt met Sylvain, veel boze buien, vermoeidheid, problemen met andere kinderen in de klas, hebben we vanaf de herfstvakantie met de regelmaat of een gesprek of even contact met school. We besluiten om Sylvain op woensdags niet meer naar school te laten gaan. Zo kan hij een dagje bijkomen en is het voor de klas beter, omdat er dan geen assistent is.
De leerling en hij die elkaar in de klas het meest triggeren, worden zoveel mogelijk uit elkaar gehaald. De andere leerling gaat zelfs  twee dagen naar een andere klas en Sylvain gaat een extra ochtend op stage. Een leuke stage waar hij veel plezier aan beleeft. Toch wordt hiermee niet de rust ingebouwd die hij nodig heeft. Steeds vaker escaleert het in de klas, waarbij niet duidelijk is wat er nu precies gebeurd. Er wordt een speciale achterwacht geïnstalleerd waar kinderen naartoe kunnen als het even niet meer gaat in de klas, hier komt Sylvain regelmatig. Op het moment dat ik dit hoor, krijg ik al het vermoeden dat de volgende stap zal zijn dat hij niet meer op school kan blijven.

Vanochtend hadden we  weer een gesprek op school. Gisteren toen ik hierover gebeld werd op mijn werk, werd er al voorzichtig doorgeschemerd waar het gesprek naartoe zou gaan. Ze wilden ons liefst die middag nog spreken, wat natuurlijk niet op stel en sprong geregeld kon worden met het werk.
Om een lang verhaal kort te maken. De school zit met hun handen in het haar en weten niet meer wat ze met Sylvain aanmoeten. Ze zien dat hij zich niet prettig voelt op school, hij gaat overigens elke dag wel met plezier naar school, en dat de klik er niet is met de leerkrachten. Ze kunnen hem echter geen andere groep bieden, omdat de enige groep die geschikt is en waar wij hem graag zouden willen zien, al te vol is. Daar kan echt geen leerling meer bij. Daarnaast zit daar een andere leerling, die ook niet goed matched.
Voor ons is het duidelijk. We moeten op zoek naar een andere plek voor Sylvain. Een plek met minder prikkels, minder kinderen op een groep en meer begeleiding. Dit houdt in dat hij niet meer naar school kan, maar dat we op zoek gaan naar een goede dagopvang en/of KDC.
Ik weet dat het beter voor hem is en ik hoop dat het uiteindelijk goed uitpakt. Toch merk ik dat ik er wel moeite mee heb. Het is al moeilijk als je kind niet zoals elk ander kind naar een ‘gewone’ school kan. Nu kan hij niet eens meer naar een speciale school. De school geeft aan, dat er in de tijd voor de bezuinigingen, een heleboel mogelijkheden waren om ‘kinderen als Sylvain’ op school te kunnen houden. Onze zoon is dus de dupe van alle bezuinigingen …

 

Voetbal, toernooien, KNVB beker

DSC06202           DSC06209

Ik hou van voetbaltoernooien. Deze zijn aan het einde van het seizoen, wat betekent dat ze in mei/juni plaatsvinden en dan is het over het algemeen mooi weer. Heerlijk een hele dag langs de lijn voetbalwedstrijdjes kijken, maar vooral tussendoor even lekker kletsen, hangen op het veld, lekker in het zonnetje. Dit is tenminste het beeld voor mij van een voetbaltoernooi. De rest van het jaar is het altijd maar afwachten wat voor weer het is tijdens een wedstrijd. Niet dat ik daarom vaak verstek laat gaan, maar ik sta toch liever langs de lijn in mijn zomerse outfit, zonnebril op te genieten van een wedstrijd én de zon.

Dit jaar is het echter anders. Een paar weken geleden had Sylvain een voetbaltoernooi in Meeden op de vroege zaterdagochtend, we stonden hier in de kou en kregen zelfs nog een kleine regenbui op onze kop. Niet echt het weer dus wat er in mijn ogen bij hoort. Het was overigens een leuk toernooi, waar de kids van Kids United als enig voetbalteam met een beperking het opnam tegen ‘gewone’ E-teams. Dit had ik nog niet eerder meegemaakt en vond ik mooi om te zien, echte integratie. De kids hebben hun best gedaan, maar hun beperking zat hen hier toch letterlijk in de weg. Ze hebben alle wedstrijden verloren, maar ondanks dat niet minder plezier gehad. Het mooie vond ik nog het moment dat de kids aan het begin stonden in te trainen in hun mooie FC Groningen outfit. Andere teams die aan kwamen lopen keken hier echt van op en ik hoorde een aantal kinderen zeggen: ‘Ik hoop dat we tegen FC Groningen mogen spelen’.  Nog niet wetende dat dit de G voetballers van FC Groningen waren.

Zaterdag zijn we aanwezig geweest op de jeugdvoetbaldag van de KNVB in Burgum. Hier voetbalde het team van Lesley de finale om de KNVB beker en aangezien Sylvain hier toch aanwezig was, mocht hij ook meedoen met de pupillen van Kids United.
Twee dagen voor de finale, waar Lesley heel erg naar uit heeft gekeken, raakt hij opnieuw geblesseerd aan zijn lies. Eigenlijk voelt hij direct al dat het niet goed is, maar probeert toch nog één keer te schieten. Nu schiet het er echt in, wat zal dit betekenen?
Hij stopt met trainen, ijst zijn lies bij de club en daarna thuis en maakt een afspraak met de fysiotherapeut van de club. Tegen beter weten in hoopt hij dat deze zegt dat hij met tape wel kan spelen, maar dit blijkt toch echt niet het geval. Zeker vier weken niet spelen is het advies. Lesley is niet te genieten, waarom nu? Zou hij niet toch nog even twee minuten mee kunnen doen op het moment dat ze voorstaan, oppert hij nog, maar dit is geen optie. Diep teleurgesteld probeert hij zich erbij neer te leggen die vrijdag. Het is heerlijk weer.
De volgende dag staan we vroeg op, het humeur van Lesley is er nog niet echt beter op geworden, in tegenstelling tot het humeur van Sylvain. Hij gaat vandaag lekker voetballen en mag het Kids United tenue weer aan. Het is bewolkt en als we buiten komen, blijkt het ook koud. De voorspellingen zijn volgens manlief en mijn oom goed, ik heb mijn twijfels. Een paar dagen geleden heb ik andere berichten gehoord.
We reizen dit keer in een dubbeldekker naar de plek waar het toernooi zal plaatsvinden. Gezellig met z’n allen in de bus. De jeugd zit boven en de meegereisde ouders nemen onder in de bus plaats. Het is rustig in de bus.
Aangekomen op het park gaan de jongens van Lewenborg zich klaarmaken en voorbereiden. Sylvain kan direct aan de bak, op een achterafveldje wat eruit ziet als een knollenveld. Hoe kunnen ze kinderen met een beperking, waarvan een deel ook nog eens slecht ter been is, nu laten voetballen op een knollenveld. Dit valt me erg tegen van de organisatie. Leuk dat ook kinderen met een beperking  uitgenodigd worden, maar het voelt alsof ze weggestopt worden.
Ze winnen de eerste wedstrijd. Sylvain vindt het geweldig dat Lesley met een aantal teamgenoten en ook een deel van de supporters van Lewenborg nu ook eens bij hém komen kijken. Hij speelt twee wedstrijden, voordat het team van Lesley moet aantreden en ook de tweede wedstrijd wordt omgezet in winst. Sylvain is het er niet mee eens dat we daarna naar het andere veld gaan om bij Lewenborg te kijken, maar eenmaal daar is het toch wel goed.
De wedstrijd begint voorzichtig van beide kanten. Het is aftasten, beide teams krijgen de eerste helft wel een paar kansen, maar niet echt uitgesproken. Het is wel duidelijk dat de tegenpartij zich wat in laat zakken, maar er ineens gevaarlijk uit kan komen. Onze jongens doen hun best, maar voetballen niet echt de sterren van de hemel. Toch moet het te doen zijn om deze wedstrijd in winst om te zetten.
In de pauze breng ik Sylvain terug naar Kids United aan de andere kant van het complex voor de laatste wedstrijd. Deze zal over tien minuten gespeeld worden, maar als ik daar aankom, zijn ze al begonnen. Het was mijn bedoeling om Sylvain hier te laten en dan terug te gaan naar het andere veld, maar als ze dan toch al begonnen zijn, kijk ik het wedstrijdje hier nog maar af. Het gaat goed. De kinderen hebben er zin in. De voorgaande wedstrijd, waar Sylvain niet bij was, hebben ze gelijkgespeeld. Deze laatste wedstrijd winnen ze met overtuiging en de kids zijn helemaal uitgelaten. Zijn ze kampioen? In mijn haast om naar het andere veld terug te keren, ben ik helemaal vergeten om dit te vragen.
Lewenborg is inmiddels al begonnen. Het is spannend, geen hoogstaand voetbal, meer gepingpong, maar dit gebeurd over en weer. Ik heb het gevoel dat het toch echt moet lukken om deze pot te winnen. Ik ben in de veronderstelling dat het nog steeds 0-0 is, maar kom er ineens achter dat ze met 1-0 achter staan. Vandaar dat Lewenborg zo in de aanval is en het andere team meer aan het verdedigen.
Inmiddels wordt de prijsuitreiking van de jeugd met een beperking omgeroepen en Sylvain is inderdaad kampioen. Met mijn vader gaat hij snel naar het podium en geniet van de aandacht die hij hier krijgt. Hij is helemaal blij met zijn medaille.
In de slotminuten, het staat nog steeds 1-0,  wil het maar niet lukken om de bal er nog in te prikken voor Lewenborg. Ze worden prikkelbaar en iedereen heeft het gevoel dat het hem niet meer wordt. Ondertussen loopt Sylvain bij de jongens op de bank en de supporters langs met een bigsmile, zijn medaille tonend, zich er niet van bewust dat dit niet het juiste moment is.

Helaas, opnieuw is het niet gelukt om de bekerfinale in winst om te zetten. Vorig jaar waren ze ondanks dat, toch een stuk blijer met hun tweede plaats. Er kon nu niet echt een lachje af, het team heeft niet samen de beker in ontvangst genomen en is er ook niet trots mee op de foto gegaan. Zal dit komen omdat het de tweede keer is dat ze de finale verliezen, al is het niet geheel hetzelfde team. Komt het omdat het er nu meer in had gezeten? Of zorgt de kou van vandaag voor minder enthousiasme?
Ik vind dat ze best trots op zich zelf mogen zijn. Het is opnieuw gelukt om finalist te worden, daar hebben ze een lange weg voor afgelegd. De teleurstelling is begrijpelijk, maar het was al met al toch een mooi seizoen. Volgend jaar weer … en dan voor de derde keer wel de beker pakken?
Ik ben trots op mijn beide jongens en wat is het belangrijkste? Lekker bewegen en plezier (… en voor de supporters graag een zonnetje).

976311_10201531761760322_829008401_o        DSC06230        DSC06215

Moedeloos

moedeloos                  blij

De hele week ben ik al aan het bedenken waar ik nu eens over kan bloggen. Geen onderwerp is echt interessant. Ik ben al een paar keer aan iets begonnen, maar heb het toch niet afgemaakt. Is dit nu het beruchte writers block?
Ik denk het niet. Het heeft te maken met hoe ik me voel, de tijd van het jaar…
Na de feestdagen verlang ik naar de lente. Dan ben ik de donkere, koude dagen zat, maar het duurt nog zolang. Februari is de ergste maand, gelukkig wel de kortste, maar wat duurt het lang voordat de temperatuur eindelijk weer omhoog gaat, je de warmte weer op je huid kunt voelen. Ik heb nog geen sneeuwklokje of narcis buiten gezien. Het zal wel aan mij liggen, want Joop heeft ze al wel gespot.
Ik heb behoefte om naar zee te gaan, uit te waaien, even weer nieuwe energie op doen. Misschien doen we dat ook wel eind van de week. Als iedereen weer beter is, tenminste. Dat speelt ook mee. Het is vakantie, maar vrijdagavond begon Sylvain al ziek te worden. De hele boel heeft hij eronder gespuugd. Zondag knapte hij weer wat op en maandag was hij weer de man, maar ’s avonds is het ineens Lesley die zo uit het niets ziek wordt. Ook vandaag zijn we er dus niet uit geweest.

Moedeloos ben ik op het moment ook van mijn zoektocht naar werk. Ik krijg geen enkele uitnodiging voor een gesprek en het gebeurt nu zelfs dat ik helemaal geen reacties meer krijg op mijn met zorg geschreven brieven en CV’s. Ik had mijn hoop gevestigd op het gesprek dat ik na een jaar dan eindelijk had met een medewerker van het UWV. IJdele hoop, dat hadden vele anderen mij wel vertelt, maar dat wil ik niet horen, ik wil hoop houden, positief blijven. Na dat gesprek is het positivisme echter totaal bij mij verdwenen. De eerste zin die deze meneer tegen mij sprak was:  ‘Ik kan je eigenlijk gelijk wel weer wegsturen. Je werkmap, CV’s en brieven zien er keurig uit. Ik kan verder niet veel voor je doen’. Mijn mond viel open. Was ik hiervoor hierheen gekomen? Stond er in de brief niet dat ze de verplichting hadden om de komende  twee maanden voor mij passend werk te gaan zoeken? We hebben hierna nog wel een redelijk gesprek, maar er is niets meer mogelijk. Geen cursus of wat. Ook bij het UWV staan er vele banen op het spel en zij krijgen ook weinig banen meer binnen. Mijn CV zal de komende twee maanden door het UWV verstuurd worden naar alle vacatures die passend zijn, maar dan is het nog maar de vraag wat de werkgever hiermee doet. Dat is dus alles wat ze voor me doen.
Het schrijven van brieven valt me ineens zwaarder. Ik word moedeloos van de telefoongesprekken die ik voer en helemaal als de contactpersonen niet te bereiken zijn. Gisteren heb ik er met veel moeite twee brieven en CV’s uitgeperst. Één heb ik nog even laten liggen, omdat ik  zat te wachten op antwoord op een mail die ik naar aanleiding van de vacature had gestuurd. Er wordt gevraagd om goed Engels in woord en geschrift. Mijn Engels is niet zo goed, dus dit heb ik bewust niet genoemd in mijn sollicitatie. Als reactie op mijn mail krijg ik antwoord op mijn vragen en hierbij wordt opgemerkt dat er een strenge selectie zal plaatsvinden op het Engels. Er zijn al 245 reacties. De moed zakt me in de schoenen. Nu kan ik wel gaan aangeven dat mijn Engels in woord en geschrift erg goed is, maar als ik tijdens het sollicitatiegesprek Engels moet spreken, val ik direct door de mand. Mijn stemming wordt er niet beter op.

Aangezien Lesley goed ziek is, besluit ik vandaag maar thuis te blijven en alle nog niet beantwoorde mails te beantwoorden, ‘ns even gaan polsen hoe het zit met mijn reeds aangeleverde blogs aan het Kinderpunt en Gezinspiratie, mijn aangeleverde ideeën en vragen of ze nog steeds belang hebben bij een redactielid. Dit wil ik er wel bij gaan doen.
Van de mails die volgen word ik blij. Ik ben welkom als redactielid en mag me gaan richten op het thema Zeldzame ziekten/-syndromen. Mijn blogs zien er altijd prima uit. Ik krijg meer verantwoordelijkheden en kan ook het artikel wat ik als idee had aangedragen over Kids-United zelf gaan schrijven. Het is dan geen betaald werk, maar ik krijg wel de mogelijkheid om mijn hobby op een groter platform uit te voeren. Mijn moedeloze bui is verdwenen als sneeuw voor de zon. Ik krijg weer energie, zin om te ondernemen, maar laat nu ook die zon en de voelbare warmere lucht maar komen. Ik zit hier namelijk inmiddels met erg koude voeten achter mijn laptop …

Links:
http://www.hetkinderpunt.nl/
http://www.gezinspiratie.nl/

 

(Vrijwilligers)werk

            

Al eerder schreef ik dat het me erg tegenvalt om werk te zoeken, om erachter te komen hoe dit wereldje werkt, hoe je je als werkzoekende moet profileren etc. etc.  Bijna alle workshops die er te volgen zijn bij het UWV heb ik gevolgd, mijn Linkedin profiel heb ik zo goed als bijgewerkt en mijn strategie heb ik veranderd, ik bel nu overal eerst achteraan voordat ik een sollicitatiebrief schrijf, wat inhoudt dat ik de brief soms niet eens meer hoef te schrijven. Ja het mag wel, maar bij voorbaat wordt aangegeven dat ze op grond van mijn papieren, mijn brief toch aan de kant leggen. Tja, wat moet je dan …
Aan de andere kant heb ik soms ook heel leuke gesprekken, welke me weliswaar nog geen baan opleveren, maar waarin ik wel tips en adviezen krijg om de kans op werk te vergroten…

Vlak voor de vakantie en net na mijn vakantie dienden zich ineens 3 banen als diëtist aan. Ik was blij verrast en dat ineens in bijna 3 opeenvolgende weken achter elkaar. Zou het nu dan eindelijk gaan lukken? Bij de 1e is het me gelukt om op gesprek te komen, eindelijk een stapje verder. Ik had echt even het idee dat het nu de goede kant op ging. Het was in de tijd dat mijn tante zo ziek was en de dag voor mijn sollicitatie is ze overleden … Dit heeft ervoor gezorgd dat ik toch wat minder goed voorbereid op gesprek ging.
Het gesprek liep echter beter dan verwacht, al was ik er zelf niet zo over te spreken. Het was in elk geval goed om weer een keer een gesprek te hebben gevoerd. Het is al zolang geleden, ik wist niet meer wat het was… Dezelfde middag kreeg ik de uitslag. Ze waren wel enthousiast over mij, hebben moeten wikken en wegen, maar uiteindelijk is 1 van de 3 andere kandidaten toch net iets meer geschikt bevonden dan ik. Erg zuur, ik zat er dus heel dicht bij … maar het gaf me ook wel moed. De 2e heb ik door tijdgebrek, de omstandigheden en het feit dat we op vakantie gingen iets minder goed voorbereid bij het schrijven, bij terugkomst was ik hier dan ook niet uitgenodigd. En zelfs voor een diëtistenbaan waren er meer dan 70 reacties binnen gekomen …
De 3e was eigenlijk te hoog gegrepen, het ging in hoofdzaak om onderzoek. Ik heb een erg leuk gesprek gehad met de contactpersoon, maar zij gaf al aan op grond van mijn ervaring mij niet aan te zullen nemen, omdat het haar dan veel te veel tijd kostte om mij in te werken en het er nu juist om ging om haar te ontlasten, maar ik mocht wel schrijven. Ze was wel gegrepen door mijn enthousiasme en raadde me aan de brief in wat ruimere zin op te zetten, niet alleen voor deze functie maar voor diëtist in het algemeen bij dit bedrijf. Ik heb geschreven, maar helaas ook hier geen positief nieuws en hierna was het weer gedaan met de vacatures voor diëtist.
Het heeft me wel wat opgeleverd. Ik weet nu dat ik nog wel als diëtist aan het werk wil, maar dan het liefst in de 2e lijn en het heeft me ook meer zelfvertrouwen gegeven.

9 maanden later zit ik nog steeds zonder werk en zo langzamerhand weet ik ook niet goed meer hoe ik verder moet. Wat wil ik, wat kan ik, wat moet ik het doen, hoe pak ik het nu verder  aan, zijn vragen die steeds door mijn hoofd spoken.
Ondertussen ben ik dus wel bezig als vrijwilliger. Het heeft even geduurd voordat ik daadwerkelijk wat kon doen, maar sinds een een aantal maanden beman ik 1 dag per week de mailbox, begeleid ik het aanmeldingsproces van nieuwe bloggers, beantwoord ik vragen van nieuwe en oude bloggers en mag ik meedenken over de presence van 42bis.
In eerste instantie voelde het allemaal nog heel afstandelijk. Ik had alleen contact via de mail en werd via de mail wegwijs gemaakt in het redactieproces. Maar het is leuk om achter de schermen te kunnen kijken hoe het allemaal in zijn werk gaat, door het lezen van de blogs, maar ook de onderlinge conversatie, leer ik meer over internet, het web, het soort mensen en alles wat er verder bij komt kijken. Voor mij is het een manier om nieuwe mensen te leren kennen, meer te leren van een branche die ik niet ken, maar wel interesse voor heb en om te zien of deze branche ook iets voor mij is. Daarnaast wordt er ook gewerkt met wordpress, dus kan ik ook hier nog het één en ander van leren.
Afgelopen week vond de voor mij 1e redactievergadering plaats in Utrecht. Ik zag er naar uit om eindelijk wat andere mensen te ontmoeten, mensen die ik alleen van een foto en berichten op de 42bis community kende, het is goed om te zien en horen wie het brein achter de site is en wat het doel is van de site, wie de andere redactieassistenten zijn, hun achtergrond en reden van werken voor 42bis. De afgelopen weken heb ik nogal getwijfeld of ik hier wel op mijn plek ben of ze wel wat aan mij hebben met zo weinig achtergrond en kennis wat betreft het web, maar hier wordt niet aan getwijfeld. Het kan misschien juist wel een meerwaarde hebben dat ik niet zoveel weet, ik kijk anders tegen dingen aan en dit kan ook verfrissend zijn. En het doel is ook dat we niet alleen iets doen voor 42bis, maar er ook wat voor terug krijgen, dus ook de kans krijgen om (van elkaar) te leren.
Ik heb een leuke avond gehad, leuke mensen ontmoet, fijne gesprekken gevoerd, dat is toch wel wat ik heb gemist nu ik geen werk heb. Ik heb weer een beetje het gevoel ergens bij te horen. Het reizen naar Utrecht vind ik geen probleem. Heerlijk 2 uurtjes niks hoeven, alleen maar lekker zitten en mensen kijken, dat levert ook weer een hoop inspiratie op. Moet zeggen dat ik dat de laatste jaren best gemist heb, die uitjes (bijscholingen etc) met de trein.

Helaas voor mij nog geen werk, maar ik geniet wel van de contacten en leermomenten tijdens het vrijwilligerswerk … En we zoeken vrolijk verder, er moet toch iets op mijn pad komen …